De regeling voor mensen die chronische Q-koorts hebben opgelopen tijdens de uitbraak van die ziekte tussen 2007 en 2010, wordt op verzoek van de Tweede Kamer uitgebreid. Patiënten komen ook in aanmerking als zij ziek zijn geworden in de aanloop naar of in de nasleep van de epidemie, meldt minister Bruno Bruins (Medische Zorg).
Voortaan kunnen patiënten een beroep doen op de regeling als zij Q-koorts hebben opgelopen in de periode van januari 2005 tot en met december 2012. Eerder liep die periode van januari 2007 tot en met december 2011. Een ruime Kamermeerderheid drong dit voorjaar aan op een ruimere afbakening, omdat ook buiten de oorspronkelijke periode mensen ziek zijn geworden.
Blijvende klachten
Tijdens de uitbraak in met name Noord-Brabant raakten ruim 4000 mensen besmet met Q-koorts, een ziekte die zijn oorsprong vindt bij geiten. Tot nu toe zijn 95 patiënten overleden. De tegemoetkomingsregeling is ingesteld omdat de overheid pas laat maatregelen nam om verspreiding tegen te gaan. Per patiënt met blijvende klachten wordt 15.000 euro uitbetaald.
Screeningsprogramma
Bruins kwam de Kamer eerder al tegemoet door te beloven dat ook mensen die zich nu nog melden met chronische Q-koorts een vergoeding kunnen krijgen. Zij moeten dan wel aantonen dat zij in de aangewezen periode besmet zijn geraakt. Dat kan ook aan het licht komen door een screeningsprogramma waar verscheidene Brabantse huisartsenpraktijken dit jaar aan zijn begonnen. Aanvragen moeten uiterlijk 1 januari 2021 binnen zijn.
Eerdere besmetting
De Kamer vroeg Bruins ook te kijken naar een vergoeding voor mensen die zich nu nog melden met chronische vermoeidheidsklachten, die het gevolg kunnen zijn van een eerdere Q-koortsbesmetting. Maar daar wil de bewindsman niet aan, omdat het RIVM aangeeft dat zulke klachten in het algemeen vaak voorkomen. Een verband met de Q-koortsuitbraak is bij mensen die zich de komende jaren bij de huisarts melden “onaannemelijk”. (ANP)