Minister Schippers van Volksgezondheid heeft geen bezwaar tegen de komst van ambulante euthanasieteams. Dat schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer, waar vragen gerezen waren over de kwestie.
De Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) maakte medio november bekend reizende teams op te willen zetten met gespecialiseerde artsen om bij mensen thuis euthanasie toe te passen. De NVVE doet dit omdat veel zieken en ouderen volgens de vereniging door artsen niet serieus worden genomen in hun stervenswens.
Zorgvuldigheid
Volgens Schippers zijn er geen juridische beletsels voor dergelijke teams. “De wet bevat geen regels over de plaats waar de euthanasie of de hulp bij zelfdoding plaatsvindt”, aldus Schippers. Wel benadrukt Schippers dat onder alle omstandigheden aan de zorgvuldigheidseisen uit de Wet toetsing levensbeëindiging moeten worden voldaan.
Huisarts
Schippers ziet liever dat de huisarts in plaats van mobiele teams of een speciale levenseindekliniek betrokken is bij het proces rond euthanasie. “Immers deze arts heeft inzicht in de gehele situatie van de patiënt en is bekend met zijn of haar achtergrond”, aldus Schippers. “Naar mijn mening moet de aandacht daarom met name uitgaan naar het verder verbeteren van die communicatie tussen de arts en de patiënt als het gaat om een verzoek om levensbeëindiging.”
Doorverwijzen
Ook wil Schippers geen situatie waarin “het bestaan van een levenseindekliniek of ambulant team er toe leidt dat artsen bij een verzoek om levensbeëindiging eerder geneigd zijn door te verwijzen naar een dergelijke kliniek of team.”
Weerzinwekkend
De Tweede Kamer debatteert donderdag met Schippers over de kwestie. In de Kamer lijkt een meerderheid voorstander te zijn van de ambulante teams. VVD, PvdA, D66 en GroenLinks zijn voor. De christelijke partijen en de SP zijn tegen. SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij noemde het voorstel in het Algemeen Dagblad zelfs ‘weerzinwekkend’: “Zo’n mobiel team klinkt net als de ANWB die komt helpen als je pech hebt met de auto, heel merkwaardig.”