Voor het eerst in de geschiedenis van de verpleging is de beroepsgroep zelf er in geslaagd haar eigen beroepsprofielen vorm te geven. De beroepsgroep zelf heeft haar verantwoordelijkheid genomen een heeft een toekomstbestendig en duidelijk beroepenhuis neergelegd.
De verpleegkundig specialist (HBO-master), de verpleegkundige (HBO-bachelor) en de zorgkundige (MBOer). Een absolute (op)waardering van het vak, waar we trots op kunnen zijn.
Nieuwe beroepsprofielen
Op 8 maart, tijdens een congres waar 800 verpleegkundigen en verzorgenden aanwezig waren, zijn de nieuwe beroepsprofielen voor de verpleging gepresenteerd en aangeboden aan de Minister van VWS en de voorzitter van V&VN. Onder leiding van Prof. dr. Pauline Meurs en haar stuurgroep, samen met een zeer deskundig projectteam zijn in twee jaar tijd drie toekomstbestendige beroepsprofielen ontwikkeld.
Storende weeffout
Van groot belang is ook dat een zeer storende weeffout uit 1997 hiermee net op tijd is opgelost. Zoals iedereen weet hebben we in Nederland twee verpleegkundigen, te weten een HBO’er en een MBO’er. Beiden staan in artikel 3 van de wet BIG, zijn tuchtrechtelijk aansprakelijk, voeren dezelfde werkzaamheden uit en hebben dezelfde verantwoordelijkheden. Bijzonder is dat ze verschillende opleidingen hebben gevolgd. Waar de HBO’er wordt opgeleid voor complexe zorgvraagvragen, coördinatietaken en een prominente regierol, wordt de MBO’er opgeleid voor speciale patiëntencategoriën zoals de chronisch zieken en daarvoor relevante uitvoerende, meer gestandaardiseerde taken. Allemaal van groot belang en complementair. Maar omdat er door dezelfde juridische inbedding, dezelfde titel en dezelfde salariëring in de praktijk geen verschil bestaat, raakt de HBO’er gedemotiveerd en de MBO’er overbelast. De slogan ‘5 halen (HBO), 4 betalen (MBO)’ wordt overal gebezigd.
Betrokkenheid
En zo verdween de HBO’er uit de eerstelijn, uit de ouderenzorg en de verstandelijk gehandicaptenzorg, want waarom zou je er gaan werken als HBO’er als je wordt ingezet als MBO’er en je competenties niet worden benut. Hetzelfde speelt in mindere mate in de GGZ en in de ziekenhuizen. Vermoedelijk omdat door de toename van hoogcomplexe zorg de HBO’er terrein aan het winnen is. Misschien is het foutje van ’97 is veroorzaakt doordat de beroepsgroep zelf niet betrokken werd bij de huidige beroepenstructuur?
Geschiedenis geschreven
Dus is er op 8 maart 2012 geschiedenis geschreven. De beroepsgroep zelf heeft haar rol en haar verantwoordelijkheid genomen en heeft een toekomstbestendig en duidelijk beroepenhuis neergelegd. De verpleegkundig specialist (HBO-master), de verpleegkundige (HBO-bachelor) en de zorgkundige (MBO’er). Een absolute (op)waardering van het vak. De verpleegkundig specialist is een zelfstandig bevoegde professional die een behandelovereenkomst aangaat met de patiënt. De verpleegkundige is een HBO-opgeleide professional die hoogcomplexe zorg levert, zorg coördineert en een regiefunctie heeft. De zorgkundige is een MBO-opgeleide professional die gestandaardiseerde taken uitvoert en branchegericht werkt. Voor de huidige MBO-verpleegkundigen verandert er niets, ze raken hun huidige titel niet kwijt, maar worden wel in de gelegenheid gesteld het HBO-diploma te behalen als ze dit willen.
De beroepsgroep is blij, veel veldpartijen zijn blij, maar toch ontstaat hier en daar onrust over de grote ontwikkelingen en over de titel zorgkundige. Elke innovatie brengt weerstand met zich mee, dat hoort erbij. We moeten dit nieuwe beroep ook een kans gunnen om te landen in de praktijk en de zorgkundige een duidelijke eigen plek te geven. Hier zullen we samen uit moeten komen, voor- en tegenstanders. Want geschiedenis schrijf je tenslotte samen.
Marian Kaljouw
voorzitter V&VN