De vorige revolutie in de publieke gezondheid vond ruim een eeuw geleden plaats. Toen haalden we met de komst van de riolering het vuil van de straat. Het is tijd voor de volgende revolutie. De riolering van de 21e eeuw. Want ons huidige rioleringsstelsel is niet opgewassen tegen de bedreigingen voor de volksgezondheid.
Waar het over gaat? Om te beginnen over ons huidige zorgverzekeringsstelsel. Een stelsel geënt op zorg en ziekte in plaats van gezondheid en preventie. Zorgverzekeraars én zorgverleners proberen in te zetten op preventie, maar de initiatieven – hoe goed ook – zijn vaak nog versnipperd en klein. Logisch, met een ingewikkeld systeem dat alles behalve ‘preventieproof’ is. We hebben vergaande preventieprikkels nodig. Bijvoorbeeld via een preventiefonds, een vitaliteitscontract of door het makkelijker te maken om preventie in het basispakket te krijgen. In Duitsland moeten verzekeraars bijvoorbeeld een bepaald bedrag per verzekerde aan preventie besteden.
Cholera
Is dat dan de riolering van de 21e eeuw? Nee, er is meer nodig dan een beter stelsel. Rond 1900 ging het om tegengaan van cholera door vervuilde straten en huizen. Nu gaat het om kanker en hart- en vaartziekten. In grote mate vermijdbare ziektes, waarbij preventie een belangrijke rol kan spelen. En ook nu is het de omgeving die vol zit met ongezonde producten. Met de komst van de riolering werd het probleem met wortel en tak uitgeroeid. Net als toen is er geen ruimte voor halve maatregelen: zorg voor minder verkooppunten voor tabak en alcohol en minder ongezond voedsel dat op straat mensen verleidt.
Want daar gaat het om: integraal kijken. Klinkt beleidsmatig, maar dat is het niet. Wat is er nodig om mensen gezonder te maken? Dat gaat niet alleen over goede gezondheidszorg. Dat gaat over een gezonde leefomgeving, gezonde voeding, gezonde lucht, maar ook ontmoetingsmogelijkheden of mogelijkheid voor kinderen om veilig naar school te fietsen. De nieuwe Omgevingswet biedt hiervoor grote kansen. Gemeenten zouden gezondheid mee moeten nemen in hun omgevingsvisies. Breed kijken betekent dus breed aan het werk. Gemeenten, maar ook andere partijen buiten de zorg. Ondernemers, industrie en andere organisaties.
Vooruitstrevend
Wie is er aan zet? Ruim honderd jaar geleden begonnen activistische artsen als Sarphati aan de collectieve aanpak van hygiëne en ziektes. Mede dankzij hen kwam er riolering, schoon drinkwater en een vuilnisophaaldienst. Ook nu hebben we vooruitstrevende artsen en andere zorgprofessionals nodig. Gelukkig zien we veel voorbeelden, zoals Wanda de Kanter en Robert van de Graaf tegen roken en Nico van de Lely tegen alcohol. Maar zorgprofessionals redden het niet alleen. Zoek daarom de verbinding, met gemeenten, sportclubs, bedrijven, scholen, enzovoorts. GGD’en spelen hierin graag een rol
Samen kunnen wij het stelsel preventie-proof maken, onze straten ‘schoonmaken’ en ervoor zorgen dat we net als bij de komst van de riolering, een enorme stap voorwaarts zetten in het verbeteren van onze publieke gezondheid.