Op de keper beschouwd wil het parlement meer invloed op onderdelen van de cao’s voor de vitale beroepen verpleegkundigen en verzorgenden. Het kabinet geeft op Prinsjesdag alle medewerkers in de zorg een bonus. Maar bij het zoeken naar een betere beloning, waardering en positionering van verpleegkundigen en verzorgenden blijft één oplossing onbenoemd: een aparte cao voor verpleegkundigen en verzorgenden.
Verpleegkundigen vallen onder verschillende cao’s. Als werkgevers- en werknemersorganisaties hun arbeidsvoorwaarden willen verbeteren, heeft dit ook gevolgen voor andere groepen werknemers. Bijvoorbeeld voor technisch en ondersteunend personeel. Verbeteringen komen dus maar ten dele terecht bij hen die het ‘cruciale werk’ doen. En vijf procent meer salaris is meteen erg kostbaar.
Het vraagstuk voor een goede beloning en secundaire arbeidsvoorwaarden is urgent. Er dreigen grote tekorten aan verpleegkundigen. Toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg worden daardoor bedreigd. Daarom pleit ik voor een onconventionele maatregel: één aparte cao verpleegkundigen.
Arbeidsmarkt zorg en welzijn
In Nederland werken ruim 1,3 miljoen mensen in de sector zorg en welzijn. Tegelijkertijd kampt de zorg met tekorten en neemt de vraag naar voldoende opgeleid zorgpersoneel toe. Van de 1,3 miljoen mensen in de zorg zijn er 200.500 verpleegkundigen, 4.000 verpleegkundig specialisten en 70.000 verzorgenden IG. Het gaat om bijna 300.000 beroepsbeoefenaren V&V (= aantal personen, niet fte’s).
FWG en cao
Het functiewaarderingssysteem voor de zorg (fwg) bepaalt in hoge mate de financiële beloning van werknemers. Een fwg waardeert functies vanuit: kennis, zelfstandigheid, sociale vaardigheden, risico’s, verantwoordelijkheden en invloed. Er zijn aparte fwg-uitwerkingen voor de ggz, ziekenhuisbranche, ouderenzorg, thuiszorg en gehandicaptenzorg. Voor verpleegkundigen worden daardoor verschillende fwg-uitwerkingen gehanteerd.
In een cao leggen werkgevers en werknemers arbeidsvoorwaarden vast als werktijden, scholing, loonschalen, vakantiedagen, pensioenregelingen, regels voor overwerken en ziekte, veiligheid en ontslag. In Nederland bestaan ruim 900 verschillende cao’s. Voor verpleegkundigen bijvoorbeeld de cao’s ziekenhuizen, UMC, vvt , ggz, ggd , ambulancezorg en huisartsenzorg. Branchegerichte cao’s gaan uit van het idee dat iedereen gelijk is. Als individu zijn we gelijk. Voor functies en beroepen is nivellering fnuikend. Onderscheid stimuleert en komt de (beroeps)ontwikkeling ten goede.
Eén aparte cao voor verpleegkundigen en verzorgenden biedt vele voordelen
- Een aparte cao waardeert en erkent de ‘witte motor’ van de zorg; verpleegkundigen, verzorgenden IG en verpleegkundig specialisten. Zij vormen niet alleen de grootste groep maar ook de kernberoepen in de zorg. Juist zij hebben grote invloed op de toegankelijkheid van de zorg.
- Gezondheidszorg is allang geen branchegerichte zorg meer. Patiënten gaan steeds sneller van ziekenhuis naar verpleeghuis en wijkverpleging. Ook verpleegkundigen gaan steeds meer over de grenzen van hun domein heen. Een branchegerichte cao sluit daar niet meer op aan. Eén cao voor verpleegkundigen ondersteunt het werken in de ketenzorg.
- In alle sectoren van de zorg komen dezelfde arbeidsvoorwaarden, opleidingsmogelijkheden (‘leven lang leren’), regelingen ten aanzien van invloed en zeggenschap en carrièrepaden voor verpleegkundigen. Dat bevordert de gewenste doorstroom en aansluiting tussen sectoren. Daarnaast beperkt het de concurrentie tussen bijvoorbeeld ziekenhuizen en verpleeghuizen. ‘Care’ wordt meer gelijkwaardig aan ‘cure’.
- Een aparte cao biedt mogelijkheden om het beroep aantrekkelijker te maken door hogere startsalarissen en doorgroeimogelijkheden.
- Verpleegkundige is een zwaar beroep. Er is specifiek leeftijdsbeleid mogelijk. Meer dan tachtig procent van de verpleegkundigen zijn vrouwen. Zij verrichten veel mantelzorgtaken. Oudere verpleegkundigen kampen vaak met psychische en fysieke problemen aan bewegingsapparaat en overgangsklachten. Er is urgentie voor maatwerk en flexibiliteit voor verpleegkundigen die 24/7 werken, ook ten aanzien van kinderopvang.
- Er wordt al sinds 1997 niet meer branchegericht opgeleid. Eén cao sluit aan bij de huidige generalistische basisopleiding van verpleegkundigen.
- Verpleegkundigen krijgen meer invloed op indirecte zaken die bij cao geregeld worden zoals zeggenschap over mbo-onderwijs, pensioenfondsen en sociale fondsen.
Waardering
Er was applaus tijdens de corona-epidemie. Het blijkt moeizaam dat applaus te verzilveren. Inmiddels lijken alle beroepen ‘vitaal en cruciaal’. Het wijzen naar de overheid voor een oplossing en roep om meer salaris is niet voldoende. De kosten voor de zorg rijzen nu al de pan uit.
Brancheorganisaties van werkgevers en vakbonden die écht willen bijdragen aan waardering, toegankelijke zorg in de toekomst en aan het aantrekkelijk maken van de beroepen verzorgende en verpleegkundige zouden hun oude cao-structuren en eigen belangen los moeten laten voor één cao verpleegkundigen en verzorgenden.
Alle partijen, vakbonden en de verzamelde werkgevers verenigd in de Brancheorganisaties Zorg kunnen het voortouw nemen. Vakbond NU’91, zou, analoog aan de LAD in KNMG-verband, hierin met de beroepsorganisatie V&VN moeten samenwerken.
Johan Lambregts Bureau Lambregts, verpleegkundige n.p.
pedor Bakens
Wat een lumineus idee van Johan! Welke vakbond neemt die handschoen op?
vlietd
Helemaal mee eens. Met name kantoorpersoneel staat ver van de werkvloer af. Door het scheiden van de CAO’s komt het zorgpersoneel veel meer tot zijn recht. Nu zit er veel overhead in de ziekenhuizen waardoor toch een soort scheefgroei ontstaat. Het zal wel een pittige klus zijn om de huidige CAO ‘om te bouwen’ maar het moet te doen zijn.