Het Zeeuwse Admiraal de Ruyter Ziekenhuis gaat samen met het Rotterdamse Erasmus MC. De recent bekend gemaakte fusieplannen moeten nog worden goedgekeurd door adviesorganen en toezichthouder NZa, maar konden links en rechts al wel op veel bijval rekenen.
De beschikbaarheid en kwaliteit van de medische zorg in de regio blijft op deze manier behouden, meende de raad van toezicht van het Zeeuwse ziekenhuis. De banken waren eveneens positief, net zoals de grootste regionale zorgverzekeraar in Zeeland, CZ.
Ik begrijp al die overwegingen goed, en ze lijken me juist. Beschikbaarheid van medische zorg en de financiële stabiliteit van zorginstellingen zijn belangrijke zaken. Maar het verhaal is daarmee niet compleet. De fusie is namelijk niet alleen in het belang van het Admiraal de Ruyter Ziekenhuis, maar ook van het Erasmus MC.
Topklinische zorg
Dat heeft te maken me de steeds verdergaande specialisatie in de zorg. Academische ziekenhuizen worden geacht zich op topklinische zorg te richten, de zogeheten derde lijn. Dat kunnen de artsen daar immers goed, is de redenering. De meer reguliere behandelingen, in de tweede lijn, kunnen in die visie beter worden uitgevoerd in perifere ziekenhuizen. Daar is de zorg namelijk goedkoper dan in de academische ziekenhuizen.
Strikt boekhoudkundig mag dat allemaal kloppen, maar voor de afzonderlijke academische ziekenhuizen is het toch geen goede zaak. Alleen topklinische zorg leveren is wel erg beperkt voor een gigantisch ziekenhuis als het Erasmus MC. Het gevaar dreigt bovendien dat je losgezongen raakt van de ‘gewone’ zorg. Vandaar dat zo’n fusie met een regionale zorginstelling als het Admiraal de Ruyter Ziekenhuis toegevoegde waarde heeft.
Jan Houben
Partner bij M&I/Partners