We moeten langer werken, ook in de zorg. Vervroegde uittreding van oudere werknemers moet je dan natuurlijk niet aantrekkelijk maken. Toch geeft de arbeidsmarkt in de gehandicaptensector op dit moment aanleiding om een uitzondering te maken, hoe onlogisch dat ook lijkt.
De hervorming van de langdurige zorg gaat gepaard met flinke bezuinigingen. Die hebben er volgens cijfers van PGGM nu al toe geleid dat er ruim achtduizend mensen minder werken in de gehandicaptenzorg. Gelukkig zijn er relatief nog weinig gedwongen ontslagen gevallen, maar helaas komt dit vooral doordat werkgevers er noodgedwongen voor hebben gekozen tijdelijke contracten niet te verlengen en geen nieuwe mensen aan te nemen. Dat betekent het vertrek van goedopgeleide jongeren die nog maar net in de sector bezig waren.
Geen banen
Dat is niet alleen een probleem voor die jongeren zelf. Zo’n situatie heeft natuurlijk ook gevolgen voor de aantrekkelijkheid van de opleidingen. Wie gaat nu nog beginnen aan een meerjarige opleiding voor een sector waarin geen banen zijn? Je kunt voorspellen dat over een paar jaar weinig jongeren klaar staan voor de arbeidsmarkt in de gehandicaptensector. Terwijl we ze dan hard nodig hebben.
Grijze golf
Dertien procent van de werknemers in de gehandicaptensector is ouder dan 55. Over enkele jaren zal er sprake zijn van een zogeheten ‘grijze golf’: een groot aantal ervaren werknemers verlaat dan in relatief korte tijd de sector. Terwijl er dus weinig mensen klaar staan om hen op te volgen. Op deze manier verliezen we een generatie die we nodig hebben voor de verdere opbouw van de ondersteuning van mensen met een beperking in de samenleving
Kansen
Dit zou je kunnen voorkomen door een maatregel te treffen die tegen het gevoel ingaat: maak het tijdelijk aantrekkelijker voor werkgevers in de gehandicaptensector om op een goede manier afscheid te nemen van oudere werknemers die vrijwillig willen stoppen met werken. Daarmee creëer je nieuwe banen voor jonge werknemers.
Als werkgevers oudere werknemers een ontslagvergoeding aanbieden, wordt dat tegenwoordig beschouwd als een Regeling voor Vervroegde Uittreding. De belastingdienst heft hierover een boete van 52 procent bij de werkgever, de zogeheten RVU-boete. Die 52 procent is in de gehandicaptensector geld dat eigenlijk bestemd was voor de zorg. Een werkgever die dit moet betalen, houdt minder geld over om daarvoor een jonge werknemer aan te stellen.
Op slot
De RVU-boete sluit goed aan bij de doelstelling op langere termijn om ouderen in de gehele samenleving langer te laten werken. Op korte termijn zet je de arbeidsmarkt in de gehandicaptensector er echter in een periode van hervorming geheel mee op slot. En op middellange termijn kun je daardoor een personeelstekort verwachten. Hoe los je dit op?
Komende donderdag vergadert de VWS-commissie van de Tweede Kamer over de arbeidsmarkt in de zorg. Daar kan worden voorgesteld om artikel 32 ba van de Wet op de Loonbelasting tijdelijk op te schorten voor de gehandicaptensector. De ruimte die je daarmee creëert, zal ertoe leiden dat duizend tot vijftienhonderd jongeren de komende jaren toch de kans krijgen om in de gehandicaptensector aan de slag te gaan. Daarmee geef je de sector zelf ook een kans, want we gaan die jongeren hard nodig hebben.
Hans Schirmbeck
Directeur Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN)