Laatst vroeg een klant mij om te kijken naar een constructie waarbinnen zorgdata uitgewisseld zou gaan worden. Hij had een niet pluis gevoel. Dat zijn leuke opdrachten om te krijgen als jurist. Enthousiast ging ik aan de slag. En ik trapte in een valkuil die wij juristen vaak maken: ik begon bij de contracten.
In de documenten die ik had ontvangen kon ik niets raars vinden. Ik moest dus verder kijken. Wat stond er allemaal niet in het contract? Welke partijen waren er allemaal bij betrokken? Wat waren de geldstromen? Het kostte me flink wat tijd en denkwerk om het goed in beeld te krijgen. Met als resultaat dat ik het juiste juridische plaatje ontdekte. En wat bleek, datgene wat bedacht was, kon juridisch eigenlijk niet. Dat was geen kwaadwilligheid en het waren ook geen slechte juridische stukken. Er was onvoldoende gekeken naar de feitelijke situatie. Die klopte niet met het juridische verhaal.
Dezelfde taal spreken
De kunst is om eerst echt te ontdekken wat de bedoeling is. Alleen als je dat weet, kan je de werkelijkheid gaan vertalen naar een juridische werkelijkheid. Wij juristen maken een vertaling van wat jij als zorgmanager wil gaan doen, maar een vertaling is alleen goed als we allebei over hetzelfde praten. Dat wordt vaak vergeten en dan ontstaan er twee werkelijkheden: een feitelijke en een juridische. Met als resultaat: een jurist de zijn werk niet goed kan doen en een organisatie die minder goed beschermd is.
Bij het juiste juridische plaatje kom je niet alleen door het maken van een goede vertaling. Soms wil je juist een bepaald juridisch plaatje creëren. En dan moet je soms de plannen aanpassen. Tweaken, zoals ik dat noem. Ik wil dan precies weten wat jullie willen gaan doen en ga dan in gesprek met de mensen van het project. Ik stel net zolang vragen tot ik precies begrijp wat het plan is. En dan worden de alternatieve routes zichtbaar. We creëren een feitelijke werkelijkheid die gaat passen bij het gewenste juridische plaatje. En daarna is het opstellen van de juridische stukken vaak een piece of cake.
Denken in oplossingen
Een klant van mij wilde interessante dingen gaan doen met gezondheidsgegevens. Alle data op één hoop. Anoniem uiteraard. Dus we gingen in gesprek. Ik vroeg naar de data die nodig was en kreeg een lijst met daarop onder meer ‘locatie van de zorginstelling’. Waarom vroeg ik. Het moet toch op een grote hoop? En anoniem? Ja, inderdaad. Maar de berekeningen doen we wel per locatie, want elke locatie is uniek en anders kloppen de uitkomsten niet. Toen moest ik lachen. Oplossing gevonden. Mijn advies? Voer het project uit als verwerker in opdracht van de verschillende locaties.
De feitelijke situatie bepaalt de juridische werkelijkheid en vice versa. Het is een wisselwerking. Als je dat inziet, kun je meer doen dan nu soms mogelijk lijkt. Hoe? Door deze twee werkelijkheden vanaf het begin samen te brengen. Zet de jurist bij de mensen van het project. En geeft ze tijd om het plan letterlijk in beeld te brengen. Tijd om te zorgen dat de jurist het begrijpt. Dan kan de jurist op zoek gaan naar het juiste juridische plaatje. Zorg dat er ruimte is voor aanpassingen aan het plan. Geen ruimte kan een nee betekenen. En als kan-wel-jurist verkoop ik niet graag nee. En beste zorgmanager, stel mij alsjeblieft de juiste vraag: dit is wat we willen bereiken. Hoe kunnen we dat mogelijk maken? En dan kunnen er echt mooie dingen ontstaan.
Josine van der Burg
Jurist, onder meer bij Zorg Zaken Groep
Masterclass Organisatie van data analytics
In de snel veranderende wereld van nu is het meer dan ooit cruciaal om toegang te hebben tot de beste data. Het stelt u in staat gedegen beslissingen te nemen en adaptief te handelen.
Ontdek tijdens de tweedaagse Masterclass Organisatie van data analytics op 27 en 28 november welke strategische keuzes en organisatorische stappen essentieel zijn voor de succesvolle toepassing van data analytics. Josine van der Brug is een van de sprekers tijdens de masterclass.