De eerste troonrede van een koning sinds 1890. Een lange, persoonlijke noot aan het begin van zijn verhaal, een vlottere dictie dan zijn moeder. Wat er in 2013 ook allemaal mag zijn veranderd aan de troonrede, één ding is hetzelfde gebleven: de derde dinsdag van september. En zeker het debat in de tijd erna; de gebruikelijke kakofonie van miljarden.
‘Wij van de zorg’ schijnen zo’n beetje het grootste zorgenkind te zijn. We geven een ongekend groot deel van ons nationaal inkomen uit aan de zorg. En dat is anno 2013 geen luxe, maar een probleem!
Kaasschaaf
Mij stoort de roep om drastische bezuinigingen op de zorg. Niet omdat ik niet inzie dat we een probleem hebben, wel omdat bezuinigen een doel op zichzelf lijkt geworden. Het moet minder. Linksom of rechtsom. In die boekhoudkundige benadering van de zorg zit mijn chagrijn. Met een kaasschaaf kom je vast een heel eind, maar mag het misschien met een beetje meer visie gepaard gaan?
Constructieve kijk op zorg
Tijdens de NFU Health Lecture, op de tweede dinsdag in september, gaf professor Gert Westert, hoogleraar Kwaliteit van Zorg in Nijmegen, volgens mij wél een goede aanzet voor een constructieve kijk op de zorg. Er wordt teveel geld uitgegeven, beaamde Westert, maar dan vooral aan volstrekt overbodige zorg. Hij illustreerde dit onder andere met een onderzoek onder Nederlandse huisartsen. Meer dan 80 procent van de huisartsen is ervan overtuigd dat Nederlanders te veel, dan wel véél te veel zorg ontvangen. De zorg is in dat geval niet eens meer een luxe, het is gewoon nutteloos.
Overbodige zorg
De vraag voor de komende tijd zou volgens mij dan ook niet moeten zijn ‘Waar halen we de miljarden vandaan?’, maar ‘Hoe herkennen we overbodige zorg?’ De eerste is een vraag voor een boekhouder, de tweede voor een medische wetenschapper. Om tot een antwoord op die tweede vraag te komen moet je waarschijnlijk ook eerst een beetje investeren om vervolgens te kunnen oogsten. In een eerdere bijdrage op deze plek schreef ik bijvoorbeeld al over de noodzaak om meer medische gegevens te verzamelen aan de bron. Een voorbeeld uit mijn eigen medisch specialisme, de Keel-, Neus- en Oorgeneeskunde. Er worden heel veel amandelen voor niets ‘geknipt’. Maar wélke amandelen knippen we voor niets? Er zijn immers ook gevallen waarbij het wel degelijk zinvol is. Door van alle individuele patiënten relevante informatie te verzamelen over verkoudheden en tonsilectomiën leren we voor de toekomst wanneer het wél of niet zinvol is om amandelen te knippen. En als we dat dan ook nog in alle ziekenhuizen op een universele manier doen, dan leren we pas écht van elkaars patiënten. Dan kunnen we de zorg niet alleen betaalbaar, maar vooral passend en effectief maken.
Koekoeksjong
In zijn Health Lecture stelde professor Westert de zorg voor als een koekoeksjong: eerst dondert ‘ie alle andere jonkies en eieren uit het warme nest van de overheid, om vervolgens zijn pleegouders volkomen uit te melken; alle energie wordt opgeslokt door dat ene jong. In de zorg staan wij nu voor een taak die in de ornithologie volstrekt onmogelijk zou zijn, aldus Westert. In plaats van ons hongerige jong eenvoudig te dumpen in het Haagse nest moeten we leren hoe we de regie over die veelvraat weer zélf in de hand gaan nemen. Simpelweg uithongeren is geen optie.
Guy Peeters
voorzitter Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU)