In Nederland zijn er circa 26.000 ‘kwetsbare gezinnen’ die moeilijkheden op meerdere leefgebieden ervaren. Circa 20-40% van de uitgaven in het Sociaal Domein wordt uitgegeven aan deze gezinnen. In het meest lichte geval is er bij deze gezinnen sprake van allerlei kleinere problemen in het functioneren van de verschillende gezinsleden. In ernstige situaties kan het gaan om schooluitval, verslaving, (seksueel) geweld of strafbaar gedrag en – uiteindelijk soms – uithuisplaatsingen van kinderen. De zorg en hulpverlening aan deze gezinnen is de afgelopen jaren enorm in ontwikkeling geweest. Toch zien we dat er meer nodig is om deze gezinnen optimaal te ondersteunen om te voorkomen dat de problemen van generatie op generatie worden doorgegeven.
Noodzaak tot concretisering van het begrip ‘integraliteit’
Menig beleidsplan beschrijft integraal werken als belangrijkste uitgangspunt voor de ondersteuning voor deze kwetsbare gezinnen. Integraliteit is een uitgesleten woord waaraan veel mensen een eigen invulling geven. Omdat deze term zo is uitgehold pleiten wij voor een andere definitie. In plaats van te spreken over integraliteit zouden wij willen kijken naar de mate van volledigheid van de hulp rondom het gezin. Het is daarbij belangrijk om te bepalen welke mate van volledigheid eigenlijk wordt bedoeld.
Vanuit de optiek van de jeugdige in het gezin onderscheiden wij vier vormen van integraliteit. De minst verregaande vorm van integraliteit is ook de minst volledige; bij deze vorm wordt de hulpverlening rondom het kind zo integraal mogelijk ingezet waarbij vanuit de Jeugdwet de GGZ partijen, Jeugd en Opvoedhulp partijen en LVB partijen gezamenlijk op maat de hulp inzetten voor het kind. De meest verregaande vorm van integraliteit zouden wij volledige gezinshulp willen noemen. Hierbij wordt breed gekeken naar het gezin en alle hulp die nodig is voor alle gezinsleden die integraal moeten worden ingezet. Bij deze volledige vorm van gezinshulp worden alle partijen binnen de jeugdwet, maar ook de andere domeinen binnen de gemeenten (Wmo, Participatie, Schuldhulp) en daarbuiten (Volwassen GGZ en Verslavingszorg) betrokken bij de hulp rondom het gezin. Het gaat er hierbij om dat niet alleen naar het kind wordt gekeken voor de inzet van hulp, maar het gezin breed wordt behandeld zodat de kern van de problematiek in het gezin wordt opgelost.
Volledige gezinshulp aan kwetsbare gezinnen
Om de meest kwetsbare gezinnen in de maatschappij écht goed te ondersteunen is het in onze optiek noodzakelijk om volledige gezinshulp van de grond te krijgen. Dit betekent naast dat de juiste hulp voor het kind wordt ingezet vanuit de Jeugdwet, er ook tijdig hulp voor ouders kan worden ingezet. Volledige gezinshulp sluit aan bij de behoefte zo vroeg mogelijk hulp te bieden aan ouders waardoor mogelijk kan worden voorkomen dat het gezin en alle kinderen allerlei vormen van hulp vanuit de gemeenten nodig hebben. Alleen daarmee kan worden voorkomen dat problemen erger worden, dat uiteindelijk de kinderen daarvan de dupe worden of deze problemen worden overgedragen op de volgende generatie. Helaas zien we dat het – op een enkele gemeente na – in Nederland nog niet is gelukt om volledige gezinshulp te realiseren.
Fundamentele veranderingen in het veld
Het realiseren van volledige gezinshulp vraagt om fundamentele veranderingen in het zorgveld. Het voorliggende wetsvoorstel aanpak meervoudige problematiek (WAMS) is hierin een stap in de goede richting. Deze wet haalt een aantal praktische problemen weg en maakt het makkelijker om vanuit gemeentelijk perspectief samen te werken rondom deze gezinnen. Maar daarmee zijn we er nog niet. Om dit echt goed aan te pakken moeten beleid en budgetten volledig worden afgestemd om de gezinnen als doelgroep. Dit vraagt erom dat er per regio of gemeente een gezamenlijk budget moet komen van waaruit de gehele integrale gezinshulp betaald en georganiseerd kan worden. Een belangrijke ontwikkeling hierin is de ontwikkeling van meer gezinsgericht aanbod waarbij aanbieders vanuit verschillende domeinen (Jeugdwet, Participatiewet, Wmo, GGZ en Verslavingszorg) zijn verenigd en samenwerken rondom deze gezinnen. Dit komt alleen van de grond als de beleidsmaker en bekostigers van deze hulp, de doelgroep gaan verbijzonderen
Pragmatische oplossingen waar vandaag mee kan worden gestart
Tegelijkertijd weten we ook dat dit soort grote fundamentele veranderingen tijd kosten in Nederland. Dit moet voor deze kwetsbare gezinnen zo integraal mogelijk maar tegelijkertijd betekent het niet dat dit voor elk hulpbehoevende burger in sociaal domein zo georganiseerd moet. Integendeel, het organiseren van het sociaal domein wordt te complex als er met deze integrale blik naar alle casussen gaan kijken. Zorg dat je dit alleen doet voor de meest kwetsbare gezinnen met multiproblematiek. Dit zijn er doorgaans in een gemiddelde gemeente van 50.000 inwoners circa 75.
Er zijn stappen die iedereen die de zorg rondom deze bijzondere doelgroep wil verbeteren – bestuurder, beleidsmedewerkers of professional – vandaag al kan maken. Het erkennen dat er kwetsbare gezinnen zijn en dat deze een andere aanpak vragen, is de eerste. Maatwerk is de norm voor deze gezinnen, in combinatie met eenvoudige processen en werkwijzen. Om het overzicht te behouden moet het aantal partijen dat betrokken wordt bij het gezin beperkt worden, met duidelijke afspraken regievoering. Deze randvoorwaarden kunnen alleen door de gemeenten georganiseerd worden.
Sofia Rapsaniotis
Adviseur bij EHdK