Langzamerhand is er een nieuwe functie ontstaan: de verpleegkundig kwaliteitscoach/kwaliteitsverpleegkundige of gelijksoortige functienamen. Vaak zijn dat verpleegkundigen niveau 4 of 5 die binnen een of meerdere teams werken en als taak hebben om de medewerkers van de afdeling te ondersteunen in het voldoen aan alle kwaliteitseisen.
Soms worden deze verpleegkundigen meegeteld in de zorg en soms zijn ze volledig boventallig aan het team toegevoegd. En hier zien wij vanuit onze adviespraktijk nogal eens een bron van nieuwe problemen ontstaan. Het invoeren van een nieuwe functie zoals kwaliteitsverpleegkundige is een ingreep in het gehele systeem. Om deze functionarissen een goede kans op succes te geven moeten de belangrijkste consequenties voor de andere functies in kaart te worden gebracht. In deze blog wordt hier verder opgegaan.
Het lijkt soms wel of organisaties achterstevoren beginnen, namelijk met een oplossingen te zetten zonder dat het probleem voldoende helder is en de juiste interventies daarop zijn afgestemd.
Hoe het niet moet
Ik ben vaak betrokken bij zorgorganisaties die er door de IGJ op gewezen zijn dat ze niet voldoen aan de normen vanuit het kwaliteitskader. Het bezoek van de IGJ levert dan een openbare rapportage op waarin een of meerdere toetsingsaspecten geel of soms zelfs rood scoren. Geen enkele organisatie wil dat zijn dienstverlening zo wordt beoordeeld. Menig bestuurder of manager schiet in een dergelijke situatie direct in de actiestand en verordonneerd een aantal besluiten die tot snel herstel moeten leiden. Tegenwoordig zal het werken met een kwaliteitsverpleegkundige in teams bijna zeker onderdeel uitmaken van die maatregelen. De vraag is echter of men zich voldoende rekenschap heeft gegeven dat als een nieuwe speler op het schaakbord plaatst, je daarmee het spel en de spelregels verandert. Een nieuwe speler met nieuwe mogelijkheden (en restricties) heeft invloed heeft op de rol en positie van iedere functionaris op dat speelbord en hun onderlinge interactie.
Hoe moet het dan wel?
Dit begint met de essentiële vraag: voor welk probleem is de kwaliteitsverpleegkundige de beoogde oplossing? Wat is de IST situatie en waarom voldoet die niet (meer)? Wat is de SOLL situatie, wanneer klopt het weer? En welke maatregelen zijn nodig om van ‘voldoet niet’ naar ‘klopt weer’ te komen. Dat zullen vast een aantal maatregelen zijn die onderling samenhangen en waarvan de inzet van de verpleegkundig kwaliteitscoach er één is. Zelden is één interventie (‘de gouden greep’) toereikend om een complex vraagstuk op te lossen. Om (deel van) oplossing te zijn, moet de betreffende functionaris over noodzakelijke competenties beschikken. Over welke competenties hebben we het dan? Welke verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn dan voor deze functie noodzakelijk.? Wat is de positionering in de organisatie?
Kortom het begint met een goede en brede functieanalyse. Vaak zie ik in één en dezelfde organisatie bij managers (en natuurlijk anderen) allerlei verschillende beelden van wat ze wel of niet verwachten van kwaliteitsverpleegkundigen. Tip: des te concreter gecommuniceerd wordt wat de functie kwaliteitsverpleegkundige wel of niet inhoudt des te meer eenduidigheid er is in beeldvorming.
De tweede vraag is: wat zijn de ‘omliggende’ functies en wat is de invloed van de beoogde kwaliteitsverpleegkundige op deze functies Vanuit mijn ervaring veranderd bijvoorbeeld de functie van leidinggevende of afdelingsmanager. Wordt de kwaliteitsverpleegkundige haar rechterhand of is het een eigenstandige functie zonder dat er rekenschap hoeft te worden afgelegd naar de leidinggevende van de afdeling zelf? Het antwoord op deze vraag is op haar beurt weer van grote invloed op de relatie tussen de kwaliteitsverpleegkundige met de uitvoerende medewerkers op de afdelingen/teams. Wat wordt de verhouding / relatie met bijvoorbeeld de EVV-ers. Mag / kan de kwaliteitsverpleegkundige de EVV-er opdrachten geven? Kan / mag de kwaliteitsverpleegkundige betrokken worden bij disfunctioneringstrajecten?
Laat u adviseren en spar met een onafhankelijk deskundige. Een deskundige die met de nodige vrijheidsgraden duidelijke en concrete beelden heeft van de competenties en beelden van de functie kwaliteitsverpleegkundige.
Rob Uijterwaal
De Impuls voor de Zorg
rvandassen
Helemaal eens met het artikel en met name over de aanpak als een organisatie toch besluit het te introduceren.
Helaas is het wel weer een oplossing die in deze tijd ook vraagtekens oproept. Er vanuit gaande dat de IST situatie om een aanpak vraagt dan denk ik dat eerder kritisch gekeken moet worden hoe de rol van de bestuurder en / of de manager daarin is geweest. Het vermoeden is dat dit veelal een bron is waar veel te weinig oog voor is. Hoe kan het dat een organisatie zo uit de bocht vliegt?
Het blijft mij een raadsel hoe dit gefinancierd kan worden en welk verlies dit ook weer heeft op de directe zorg. Het blijft toch vreemd dat we weer in oplossingen blijven denken die meer lijken op een reparatie van het het een of ander. In elke zorgorganisatie zijn allemaal mensen aan het werk die allemaal op diverse niveau’s zijn opgeleid en daarbij ook zeer betrokken zijn. Het is een kwestie van de juiste personen op de juiste plek en daarop de organisatie of afdeling zich laten ontwikkelen. Uiteraard wel dit op juiste wijze faciliteren. Op financieel aspect hoeft niet te worden gelet wat dat is blijkbaar al aanwezig als je nieuwe functionarissen kunt permitteren. Zoals een vakman altijd zegt er bestaat alleen slecht gereedschap als je niet weet hoe je het moet toepassen.
Zorgverbeteraars
In de praktijk blijkt het lastig om even stil te staan om kritisch te kijken naar werkprocessen en verbeteringen door te voeren. Het is in die zin ook een ‘meta-activiteit’ die echter cruciaal is voor de kwaliteit van zorg. Het is, anders gezegd, het slijpen van je bijl terwijl je in de praktijk vooral gefocust bent op zo veel mogelijk hout hakken.
Het is daarom geen gek idee om mensen specifiek verantwoordelijk te maken voor deze taak en er voor te zorgen dat zij hier hun handen vrij voor hebben. Het spreekt voor zich dat dit nieuwe competenties vraagt van de mensen die dit moeten doen. Je moet een houthakker leren zijn eigen bijl te slijpen.
Overigens is dit geen geheel nieuwe ontwikkeling/uitdaging, getuige ook dit interview met een kwaliteitsverpleegkundige uit 2012:
http://verbeteraars.nl/interviewjarno.php