‘In het oude systeem van het ziekenfonds kregen de particulier verzekerden voorrang. Ziekenfondspatiënten werden als tweederangs beschouwd.’ Het is een volkomen terechte constatering van Chris Oomen, de vertrekkend directeur van zorgverzekeraar DSW.
Het oude ziekenfonds wordt door miljoenen Nederlanders nog steeds een warm hart toegedragen. Maar steevast wordt daarbij diezelfde kanttekening geplaatst: naar de tijd van voorkruipzorg en dure particuliere verzekeringen verlangt niemand terug.
Raar is het wel dat Oomen doet alsof een dergelijke situatie met een Nationaal ZorgFonds weer terug zou komen. Het NZF gaat immers uit van het afschaffen van de zorgverzekeraars en het organiseren van de zorg binnen regionale zorgfondsen waarin zorginstellingen intensief met elkaar samenwerken. Voor iedere burger geldt het NZF als aanspreekpunt, voor iedere zorgverlener is het NZF de financier. Overzichtelijk en zonder voorkruipzorg.
Eigen risico
Tweedeling in de zorg ontstaat op verschillende manieren. Allereerst door financiële drempels, zoals het eigen risico. Van huisartsen horen wij schrijnende verhalen van patiënten die hun medicijnen niet ophalen of noodzakelijk vervolgonderzoek niet laten doen. Ook het uitkleden van de basisverzekering vergroot de tweedeling. Uit vrees voor hoge kosten wordt de tandarts gemeden en een bezoek aan de fysiotherapeut afgezegd. Wie geld heeft, mag gezond zijn.
Bureaucratie overboord
Anders dan Chris Oomen stelt worden met het Nationaal ZorgFonds al deze vormen van tweedeling juist voorkomen. Iedereen heeft recht op alle noodzakelijke zorg die hij nodig heeft. Een arts beslist hoe die zorg eruit moet zien en we betalen de rekening gezamenlijk en naar draagkracht. Zorgverleners profiteren omdat de onnodige bureaucratie richting zorgverzekeraars overboord gaat. Alle zorginkopers, consulenten en marketeers kunnen omgeschoold worden tot daadwerkelijke zorgverlener en patiënten krijgen één loket waar ze terecht kunnen voor hun zorgbehoefte. Minder bureaucratie en méér zorg, daar zou de heer Oomen toch ook voorstander van moeten zijn.