Zorginstituut Nederland heeft op 19 juli de nieuwe kwaliteitsstandaard voor de organisatie van intensive care (IC) vastgesteld. De rode draad in dit document is het verder verbeteren van de kwaliteit op IC’s door intensiever regionaal samen te werken.
De zorginstellingen moeten de nieuwe standaard nu gaan implementeren; het Zorginstituut gaat dit proces ondersteunen, samen met de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC) en andere veldpartijen.
Het Zorginstituut Nederland nam dit jaar de regie op de ontwikkeling van deze kwaliteitsstandaard over nadat de betrokken partijen er onderling niet uitkwamen. Natuurlijk is kwaliteit een zaak van zorgverleners en patiënten, maar als de verdeeldheid blijft, is het goed dat er namens 17 miljoen Nederlanders een instituut is dat de wettelijke bevoegdheid heeft om door te pakken. Niet om het voor lange tijd over te nemen, maar wel om het een stap verder te brengen.
Brede inventarisatie
De Adviescommissie Kwaliteit van het Zorginstituut (ACK) is bij het opstellen van de standaard niet over een nacht ijs gegaan. Er is begonnen met een brede inventarisatie in het veld. Tijdens het proces is er veelvuldig contact geweest met alle betrokken partijen en is het concept aan hen voorgelegd voor consultatie. De ACK koos de door de veldpartijen ontwikkelde conceptrichtlijn als vertrekpunt en legde het accent op samenwerken en verbeteren in de regio.
De reden daarvoor was dat uit de eerste inventarisatie bleek dat er voldoende draagvlak was voor de grote lijnen van het concept, maar dat de mate van detaillering zorgde voor de onenigheid. Het concept werd te veel ervaren als een landelijk blauwdruk die kwaliteitsverbetering in de regio belemmert. Bovendien bleek er onvoldoende bewijs te zijn voor deze detaillering.
Voorwaarden
De kwaliteitsstandaard legt vast aan welke voorwaarden de organisatie van intensive care overal in Nederland moet voldoen. Zo moet er bijvoorbeeld zeven dagen per week overdag een intensivist exclusief voor IC-zorg aanwezig zijn en moeten alle IC’s verplicht de minimale dataset van NICE registeren. Maar tegelijkertijd biedt de standaard ruimte voor maatwerk in de regio’s.
Samen werken en samen leren is daarbij niet meer vrijblijvend. De standaard stelt hier hoge eisen aan. Zo moet iedere IC verplicht aangesloten zijn bij een regionaal netwerk met tenminste één grote IC en moet ieder netwerk een jaarverslag maken dat onderling besproken moet worden.
Nadere uitwerking
Nu de kwaliteitsstandaard is vastgesteld, moeten de betrokken partijen aan de slag met de invoering. Binnen de vastgestelde landelijke kaders van de kwaliteitsstandaard moeten de ziekenhuizen en de zorgverleners op de IC een nadere uitwerking geven aan de regionale samenwerking, de uitwisseling van kennis en ervaring en het samen vorm en inhoud geven aan onderwijs, opleiding en wetenschap op dit gebied. En volgend najaar moeten ze de indicatoren hebben vastgesteld waarmee ze de kwaliteit van de geleverde zorg op de IC gaan meten.
Volgende stap
Met het vaststellen van deze standaard is de IC zorg klaar voor de volgende stap. Het Zorginstituut zal samen met de NVIC en andere partijen de implementatie ervan ondersteunen. Samen werken, samen leren en samen verbeteren is daarbij het motto.
Jan Kremer
Voorzitter Adviescommissie Kwaliteit Zorginstituut
Lees meer over dit onderwerp: Zorginstituut presenteert afgeslankte standaard IC’s