“De inspectie ziet dat een cliënt een sleutel heeft waarmee hij zelf naar buiten en binnen kan. De zorgverlener vertelt dat de cliënt er veel waarde aan hecht zelf in en uit de woning te kunnen. Ze benoemt dat zorgverleners wel in de gaten houden wanneer de cliënt zelfstandig weggaat, omdat hij wanneer hij wat verder weg is, de weg niet altijd meer terugvindt. (…) In de cliëntdossiers staat deze informatie.”
Staat daar “de inspectie ziet”? Klopt, dit is een citaat uit een rapport dat de IGJ recent over Frion maakte. Ik vind het onverwacht mooi onderzocht en beschreven. Net zo onverwacht als het bezoek van de inspectie eind maart overigens. Ineens stonden ze voor de deur, op een van onze locaties voor ouderen. Midden in de hectiek van de ochtend. Ze vroegen naar de manager. Maar managers heeft Frion niet meer. Toen de inspectie wilde weten wie hen wel te woord kon staan, vroegen onze medewerkers of ze niet op een ander moment konden terug komen. Ze hadden het nu immers erg druk met de cliënten…
Gesprekken en observaties
Wat een mooie manier om duidelijk te maken dat de cliënten echt centraal staan. Ook als de inspectie op de stoep staat. Ik was en ben trots op zulke collega’s. Maar goed, de inspecteurs waren met zijn drieën en lieten zich niet wegsturen. Natuurlijk niet.
Logischerwijs ontstond een kort moment van stress bij de teamleden, maar als onderdeel van het resultaatverantwoordelijk team wisten de begeleiders correct te handelen. De persoonlijk ondersteuner, de bedrijfsvoeringscoach en de orthopedagoog werden gebeld en kwamen naar de locatie. Later op de dag kwamen ook de collega’s van kantoor die zich bezig houden met kwaliteit van zorg en meer uitleg kunnen geven over de organisatiestructuur.
De inspecteurs waren dichtbij. Al snel werd duidelijk dat het hier om een andere werkwijze ging dan wij van de inspectie gewend waren. De inspecteurs vroegen niet direct naar lijstjes of protocollen. Ze observeerden vooral. Stelden vragen aan cliënten, stelden vragen aan collega’s en ze schreven op wat ze zagen. Tot op detailniveau. Later voerden ze gesprekken met collega’s van kantoor en met verwanten. Ze bekeken de ondersteuningsplannen. Ze voerden gesprekken over de opleidingen die gevolgd waren en over de wijze waarop we methodisch werken. Collega’s vertelden eerlijk wat ze vonden. Ook over zaken waar ze last van hebben of minder trots op zijn. Ook dat is mooi om te zien. Het is zoals het is en je moet het niet mooier willen maken dan het is. Maar ook niet slechter.
De bedoeling
Op verzoek van de Inspectie stuurden we nog veel gegevens en informatie na. Bijvoorbeeld onze besturingsfilosofie, de werkwijzen bij zorg en dwang en de incidenten analyse die het team maakte. Vorige week kregen we het (concept)rapport. We waren erg trots en blij met de resultaten. Het onderzoek richtte zich op 15 ‘normen’. Op alle onderdelen scoorden we groen (voldoet aan de norm) of lichtgroen (voldoet grotendeels aan de norm). Dat is natuurlijk prachtig positieve feedback.
Maar wat ik vooral erg mooi en goed vind is de manier van rapporteren. De inspectie beschrijft letterlijk wat ze ziet en of dat klopt met de norm van goede zorg en met wat er in het ondersteuningsplan staat beschreven. Ik heb het rapport direct door laten sturen naar de teams. Waarom? Omdat het een erg mooi document is, omdat je terugleest dat het klopt wat je doet. Dat de mensgerichte zorg zoals die is bedoeld ook beschreven staat. Zoals bij de elementen waar we lichtgroen op scoorden precies staat beschreven wat er beter had gekund.
Deze manier van rapporteren door de inspectie is enorm helpend voor Frion als de lerende organisatie die we zijn en sluit erg mooi aan bij het nieuwe kwaliteitskader in de gehandicaptenzorg. Geen vinkjes maar verhalen. We hebben de eindconclusies van de inspectie nog niet ontvangen. Maar wij hebben onze conclusie al wel getrokken: onverwacht inspectiebezoek? Wees er blij mee!
Trijn van der Meulen
Raad van bestuur Frion