Wat is het dat het hebben van psychische klachten zo’n groot taboe is in Nederland? Dat mensen niet vertellen dat ze depressief zijn of ADD hebben? Dat het wél normaal is aan te geven dat je vanwege je diabetes op tijd moet eten of medicijnen moet slikken, maar niet dat moet vanwege je psychische aandoening? In 2020 waren ruim een miljoen mensen in behandeling bij de ggz, in hun leven krijgen zeven op de tien Nederlanders te maken psychische hulp. Ruim dertig procent van het ziekteverzuim heeft te maken met psychische klachten. Maar onderzoek van verzekeraar Nationale Nederlanden wees in 2018 uit dat Nederlanders psychische problemen, depressie en angsten het moeilijkste onderwerp vinden om over te praten.
Zou het de angst zijn om een etiket opgepakt te krijgen? Gezien te worden als labiel en onvoorspelbaar? Door je werkgever met argusogen bekeken te worden, omdat psychische klachten inderdaad onzichtbaar zijn en onzekerheid veroorzaken – wat is het precies en popt het niet zomaar weer op? Allemaal stigma’s die mensen diskwalificeren. Die ontmaskeren en tegengaan is het eerste wat helpt.
Gek dat mentale gezondheid zo onderbelicht is in onze samenleving. Waar het om het lichaam gaat doen we alles om fit te blijven, gezond te eten, om ziekten te voorkomen of op z’n minst op tijd op te sporen. Waar het gaat om de geest is preventie net zo belangrijk. Genoeg slapen, goed omgaan met stress, je niet verliezen in verslaving – om maar wat te noemen. En ook werken aan allerlei dingen die spanning en zorgen veroorzaken: schulden hebben, geen huis of geen baan helpt niet om je psychische problemen kwijt te raken.
Veerkrachtige samenleving
De Nederlandse ggz wil de best mogelijk zorg geven aan mensen, op tijd en op maat. Maar we willen ook met wie of wat maar nodig is, werken aan omstandigheden die psychische ellende verminderen: woningbouwverenigingen, gemeenten, werkgevers, zorgverzekeraars etc. Een mentaal veerkrachtige, inclusieve en veilige samenleving, dat is wat we willen.
Het leven is niet altijd makkelijk. Dat is een fact of life. We gaan er ook nog eens verschillend mee om, afhankelijk van hoe we in elkaar zitten. Neurodiversiteit heet dat – net zoals mensen een verschillende huiskleur kunnen hebben of een verschillende seksuele geaardheid zijn er ook verschillen in hoe hun brein werkt. Misschien is dat wel het belangrijkste in aanvaarding van psychische problemen. Erkenning van het verschil en waardering daarvan. Ik moet denken aan de stickers die in mijn studententijd in elk cafétoilet op de spiegel zaten: ‘Ooit een normaal mens gezien? En beviel het?’. Opnieuw opplakken. Niets meer aan doen.
Ruth Peetoom is sinds 1 september j.l voorzitter van de Nederlandse ggz. Dit blog werd geschreven in het kader van World Mental Health Day