Een van de meest besproken onderwerpen in de zorg is op dit moment het (dreigende) arbeidsmarkttekort. Dagelijkse headlines onderstrepen de urgentie van meer geld, meer stageplekken, een beter imago, technologische innovaties en hoger opgeleide medewerkers. Maar wie wil zij-instromen of herintreden, wordt nog niet met open armen ontvangen.
De afgelopen maanden ben ik op heel veel manieren bezig geweest met het thema zorg-arbeidsmarkt. En de schreeuwende kop die alle gesprekken samenvat is: Waar Halen We Ze Vandaan?
Ter illustratie van de problematiek – voor zover u niet bekend – een kleine greep uit de kranten en zorgtijdschriften van de afgelopen weken: ‘Veiligheid OK onder druk door tekort operatieassistenten’ (Skipr, 25 januari), ‘Zorg in gevaar door personeelstekort’ (Telegraaf.nl, 10 februari), ‘Numerus fixus verpleegkunde moet onmiddellijk opgeheven worden’ (Zorgvisie, 10 februari).
Terug naar de zorg
Afgelopen zaterdag sprak ik bij een jeugd-volleybaltoernooi Jerom. Jerom heet in mijn telefoon ‘volleybalvader’, is tevens voetbalcoach bij het team van zijn zoon en, ja wat deed hij eigenlijk voor werk? ‘Niets’, antwoordde hij. Een verrassende start van een verrassend gesprek. Jerom vertelde dat hij een achtergrond had als maatschappelijk werker en na een hbo-vervolgopleiding uiteindelijk bij een verzekeraar was gaan werken. Daar had hij na 9 jaar de deur achter zich dicht gedaan en besloten dat het tijd was voor iets anders. Terug naar zijn oorspronkelijke passie, terug naar de zorg.
Ik was één en al oor. Hier trof ik, op een gewone zaterdag, zomaar iemand met een opleiding op hbo-niveau, inclusief zorgachtergrond, met een uitgesproken wens om in de zorg te gaan werken. De wereld aan zijn voeten! Toch?
Paarse krokodillen
Nou nee. Tot mijn verbazing volgde er een paarse krokodillen-verhaal over niet actuele vacatures, beperkte opleidingsplekken, lotingen en ingewikkelde procedures. Het verhaal was bepaald ontmoedigend. Een voorbeeld: voor toelating tot de sollicitatieprocedure moest het middelbare schooldiploma mét cijferlijst worden geüpload. Naar het ouderlijk huis dan maar en de archiefkasten in, op zoek naar een papiertje van zo’n dertig jaar geleden…
Eén verhaal, dat is onvoldoende voor een conclusie. En dus ga ik de dagen daarna ik te rade bij collega’s en andere ingewijden. Sommigen zijn net als ik verbaasd. Anderen herkennen de situatie en komen met meer voorbeelden. Voorbeelden waaruit vooral blijkt dat het korte-termijn-denken prevaleert. We hebben nú geen verpleegkundigen nodig in onze organisatie, we hebben nú niet genoeg mankracht om mensen te begeleiden, we hebben nú direct-inzetbare medewerkers nodig en geen medewerkers-in-opleiding.
De nieuwe medewerker centraal
Uit de gesprekken die ik voer met verschillende partijen weet ik dat iedereen zich zorgen maakt over de dreigende tekorten. In de ouderenzorg wordt gesproken over 10.000 moeilijk vervulbare vacatures dit jaar, terwijl het aantal (zorgvragende) ouderen fors toeneemt.
We voelen allemaal de urgentie, we willen allemaal graag uit de varkenscyclus komen en we zijn allemaal bezig om creatieve en positieve oplossingen te bedenken: van ludieke wervingscampagnes tot diepte-investeringen in huidige medewerkers, van het kansrijk benutten van de participatiewet tot het werven in andere sectoren en op buitenlandse markten. Hoe verhouden die inspanningen zich tot de instroom-hindernissen zoals hierboven geschetst?
We weten dat de zorg op veel plekken te zeer is dichtgeregeld en te ver is afgedreven van de bedoeling. Zou het kunnen dat we – naast allerlei goede redenen om scherpe selectiecriteria toe te passen – ook aan de voorkant, de instroomkant, iets onwenselijks hebben opgetuigd? Dat is het onderzoeken waard.
Vanuit de wens om de cliënt centraal te stellen, werden in zorgorganisaties ‘customer journeys’ georganiseerd, en werden vanuit het cliëntenperspectief zorgpaden ingericht. Zou iets soortgelijks niet denkbaar zijn voor zij-instromers en herintreders? I
k stel voor dat we – naast alle lopende positieve, inspirerende, broodnodige arbeidsmarktinitiatieven – met elkaar de instroomroutes langsgaan, hindernissen weghalen en ook hier doelgericht ‘ont-regelen’. Wie doet er mee?
Manager Research and Development FWG