Het huidige financieringssysteem in Nederland loopt helemaal vast en nagenoeg niemand weet meer waarom we het zo ingericht hebben. We moesten er dan ook maar weer eens mee stoppen.
Maak de ziekenhuistarieven openbaar. Juist in de komkommertijd scoort uitgerekend CZ met een geweldige primeur. Na eerder verrassend te melden op kwaliteit te gaan inkopen en vervolgens aan te gaan sturen op één prostaatkliniek in Nederland, zijn nu dus de tarieven aan de beurt. Interessant is vooral de kakafonie aan reacties. Independer vindt de tarieven schimmig. De NZa blijkt voorstander van transparantie. De ACM staat openbaarmaking van de tarieven toe. De NVZ is bang voor een stijging van de tarieven. En ga zo maar door.
Waarom hebben we eigenlijk tarieven? Minister Hoogervorst heeft destijds bedacht dat de stijgende kosten van de zorg in de hand gehouden konden worden met marktwerking. Hiervoor moesten er zorgproducten komen met prijzen en een markt. Door de transparantie op de markt konden de verzekeraars scherp inkopen en zouden de prijzen en daarmee de totale kosten dalen. Dat gebeurde niet, want het volume ging omhoog en daarmee de kosten. Toen kwamen het MacroBeheersInstrument (BMI), aanneemsommen, productieplafonds mét en zonder doorleverplicht, ziekenhuizen die voor miljoenen onbetaald zorg leveren, fraude in de zorg, de Grouper en niet te vergeten de volstrekt onbegrijpelijke facturen. Allemaal dingen die niet uit te leggen zijn aan onze patiënten.
Mening
Waarom in dit hele traject de prijzen niet openbaar zouden mogen zijn is mij niet duidelijk. Waarom de NZa of de ACM daar een mening over zouden moet hebben is mij al helemaal niet duidelijk. En als tot slot de huidige minister aangeeft dat er eigenlijk helemaal geen markt is in de zorg, waarom houden we dan dit hele circus nog in de lucht?
In de Harvard Business Review stond recent een fraai artikel door Brent en Poulsen van Intermountain Healthcare over bekostigingssystemen. Eerst onderscheiden zij drie soorten verspilling in de zorg. De eerste soort gaat over inefficiënties. Dus medicijnen worden te duur ingekocht of onderzoeken te duur uitgevoerd, of een ligdag kost teveel. Dit betreft 5 procent van de totale verspillingen. De tweede soort gaat over ondoelmatig gebruik van zorg. Hier gaat het om teveel onderzoeken, ligdagen en medicatie om vermijdbare complicaties te behandelen. Dit is de helft van de totale verspillingen.
De derde soort verspilling gaat over zorg die onnodig gegeven wordt of vermijdbaar was geweest. Hier wordt met name levenseindezorg genoemd waar patiënten niet expliciet om gevraagd hebben, electieve ingrepen die bij betere voorlichting niet gedaan zouden zijn en natuurlijk het onterecht niet verplaatsen van zorg naar eerste lijn. De derde soort verspilling komt op 45 procent uit.
Impact
Vervolgens geven de auteurs aan hoe verschillende betalingsmodellen in de zorg impact hebben op die verspillingen. Met het ‘fee for service’-systeem, zoals onze DBC’s, hebben zij niet veel op. De kosten gaan in dit systeem namelijk fors omhoog. Daarom hebben we ook het MBI, aanneemsommen en plafonds. Maar die lossen het probleem niet op.
Verder wordt ondoelmatigheid bij ‘fee for service’ afgewenteld op meer productie. Bij betaling met een vast bedrag per ziektegeval is er wel een prikkel om binnen het ziektegeval doelmatiger te werken, maar het blijft lonen om volume te draaien. Als voorkeurssysteem noemen de auteurs de populatiebekostiging. In dit systeem krijgen zorgverleners een vaste periodieke betaling die alle noodzakelijke zorgkosten dekt. Er vindt een risicocorrectie plaats op de gehele populatie. In plaats van veel energie te steken in de inmiddels onnavolgbare financiële administratie, kan alle energie gaan zitten in kwaliteitsregistraties.
Pijnlijke voorbeelden
De focus ligt bij populatiebekostiging helemaal op het reduceren van verspillingen en het continu innoveren. De auteurs noemen een paar pijnlijke voorbeelden waarbij ze in een ‘fee for service’-systeem min of meer gedwongen waren niet-optimale zorg te leveren. Desondanks voerde men innovaties in met betere maar ook doelmatigere zorg. Dit moest voor eigen rekening omdat deze betere behandeling niet in het systeem paste. Deze voorbeelden kennen wij helaas ook maar al te goed.
Nu het huidige financieringssysteem in Nederland helemaal vastloopt en nagenoeg niemand meer weet waarom we het zo ingericht hebben en hoe het werkt, moesten we er maar weer eens mee stoppen. Populatiebekostiging is een veel beter systeem, waarmee de kostenstijgingen die er weer aan komen voorkomen kunnen worden en dat tot betere kwaliteit leidt. Welke verzekeraar pakt die handschoen op?
Bestuursvoorzitter van Het Rode Kruis Ziekenhuis