Overtuigen met getallen. Deze week zullen de algemene beschouwingen bol staan van cijfers die duiding krijgen. Maar achter mooi opgepoetste cijfers gaat soms een pijnlijke werkelijkheid schuil.
Neem het nieuws over de spectaculaire daling van het aantal Wajongers. Vorige week kwam het CBS met een bericht over de daling van de Wajong-uitkeringen. De instroom daalde in 2015 met maar liefst 90 procent, dankzij de Participatiewet. Goed nieuws, zou je denken. Maar er zijn jongeren die hiervoor de prijs betalen…
Zoals Daisy. Een 18-jarig meisje dat klaar is met het voortgezet speciaal onderwijs. Door haar verstandelijke beperking kan zij niet zelfstandig aan werk komen. Zij wil graag aan het werk, heeft daar hulp bij nodig, maar komt daarvoor bij de gemeente niet in aanmerking. Met als gevolg dat zij thuis zit. Tegen haar zin, zonder geld en uitzicht op werk.
Werkloos thuis
En Daisy staat niet alleen. Ruim vijfduizend voormalige Wajongers onder de 21 jaar die nu onder de Participatiewet vallen, beschikken volgens die wet over ‘werkvermogen’. In de praktijk komen ze echter veelal werkloos thuis te zitten, wegzakkend in afhankelijkheid en frustratie, terwijl ze kansloos worden weggeconcurreerd door ruim een half miljoen andere werklozen. Intussen ontvangen ze in hun nieuwe situatie geen volwaardige bijstand. Onder de 21 hebben ze maar recht op € 241,20 per maand… Dat noem ik geen vooruitgang.
Nog meer rauwe realiteit: de voormalige Wajongers krijgen ook geen begeleiding naar werk. Onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg wees uit dat gemeenten zeer zakelijk en zonder de juiste deskundigheid naar werkloze inwoners kijken. Ze maken een kosten-batenanalyse bij de inzet van ondersteuning. Het gevolg: terughoudendheid bij de inzet van bijvoorbeeld loonkostensubsidie en een jobcoach, met name voor mensen zonder uitkering of voor mensen met een zogenoemde ‘lage loonwaarde’. Lees: voormalige Wajongers onder de 21.
In de kou
Deze kwetsbare mensen met arbeidsvermogen staan dus al tijdens deze warme nazomer in de kou. Terwijl de gehandicaptensector graag bereid is om de zo benodigde deskundigheid in te zetten. Natuurlijk vragen wij inmiddels al aandacht voor adequate ondersteuning van jongeren met beperkingen, met of zonder uitkering. Laten we voorkomen dat de meest getroffenen in de samenleving aan hun lot worden overgelaten. Door in hen te investeren met leer-werktrajecten, waardoor ze kansrijker worden op de arbeidsmarkt. Voor elke jongere moet een sluitende aanpak komen, zodat wonen, zorg, leren en werken op elkaar afgestemd zijn.
Want wat hebben we eigenlijk met z’n allen opgelost, als we zo tevreden naar die sterk teruggelopen Wajong-instroom kijken? Dat is geen algemene beschouwing, maar een concrete vaststelling.
Directeur VGN