Arbeidsmarktkrapte speelt in meer sectoren, maar de zorg heeft een extra probleem. Dit komt door de bevolkingsopbouw. Daarin zit een piek van mensen die nu richting pensioen gaan of dat al zijn. Dit betekent niet alleen dat er veel mensen van de arbeidsmarkt verdwijnen, maar ook dat de zorgvraag de komende jaren exponentieel toeneemt. Er zijn steeds meer ouderen die ook nog eens steeds ouder worden. En hoe ouder mensen zijn, hoe meer gebruik ze maken van de gezondheidszorg. Dat betekent dat er, naast het aantrekkelijker maken van de zorgsector om in te werken, scherpe keuzes moeten worden gemaakt.
Maatregelen schieten tekort
Het vorige kabinet heeft allerlei programma’s in gang gezet om de toekomstige problemen in de zorg het hoofd te bieden. Met name op regionaal niveau worden her en der ook concrete stappen gezet in bijvoorbeeld betere samenwerking, andere manieren van werken en innovatie. Dit is mooi en nodig, maar onvoldoende om de zorg toekomstbestendig te maken. Veel van de afspraken in het Integraal Zorgakkoord (IZA) en het programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (TAZ) komen nog niet van de grond. Dat heeft alles te maken met de inrichting van ons zorgstelsel – en met name de financiering daarvan – en een gebrek aan duidelijke en concrete keuzes.
Ga uit van vertrouwen in zorgprofessionals
Al sinds 2018 loopt het overheidsprogramma Ontregel de Zorg, maar nog steeds komen er meer regels bij dan er verdwijnen. Dit heeft onder andere te maken met een doorgeschoten controledrang. Meestal gaat het om in onze ogen overbodige regels vanuit verzekeraars en zorgkantoren. Zoals het afwijzen van een declaratie als er geen handtekening van een arts op staat, maar van bijvoorbeeld een fysiotherapeut, ergotherapeut, verpleegkundig specialist of physician assistant. FBZ pleit er dus voor om te werken vanuit vertrouwen in zorgprofessionals.
Investeer in arbeidsvoorwaarden
De middelste loongroepen in de zorg lopen 6 tot 9 procent achter in beloning bij vergelijkbare functies in marktsectoren. Eigenlijk is iedereen het erover eens dat die loonkloof gedicht moet worden. Maar de overheid weigert tot nu toe hier voldoende geld voor uit te trekken: zij schuift het probleem naar de cao-tafel. Zonder extra geld kan het probleem daar echter niet worden opgelost. Het geld dat er is, is keihard nodig voor investeringen in andere belangrijke zaken om de zorg aantrekkelijk te houden, zoals scholing en persoonlijke ontwikkeling, rust- en hersteltijd en koopkrachtverbetering voor álle zorgprofessionals.
Hetzelfde geldt voor de eerstelijnszorg. In de toekomst moet meer zorg in de eerste lijn plaatsvinden. Professionals in de eerste lijn verdienen in veel beroepen echter aanzienlijk minder dan hun collega’s in de tweede lijn. Als we meer zorg naar de eerste lijn willen verplaatsen, zullen we die zorg dus beter moeten waarderen.
Ga in gesprek met de samenleving
Ook met al deze maatregelen zal het aantal beschikbare zorgprofessionals de sterk groeiende zorgvraag niet kunnen bijbenen. Daarom moet kritisch worden gekeken welke zorg in de toekomst wordt geleverd, hoe dat wordt georganiseerd en welke rol innovatie daarbij kan spelen. Een nieuw kabinet moet in gesprek met de samenleving over de toekomst van de zorg – en daar zorgprofessionals nauw bij betrekken. Ik hoop dat een nieuw kabinet het lef heeft daarvoor het initiatief te nemen én door te pakken.
Maarten Faas
Voorzitter FBZ, vakbond voor zorgprofessionals
In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november gaan kandidaat-Kamerleden in Het Grote Zorgdebat met elkaar in debat over hun ideeën voor de toekomst van de zorg.
Wanneer: maandag 13 november
Tijdstip: 19.30 – 21.00 uur
Waar: Beatrix Theater en online
Kosten: geen
Skipr is mediapartner van Het Grote Zorgdebat en plaatst in de aanloop ervan blogs en artikelen.
Meer informatie over het debat is hier te vinden.