Want al jaren gaan de debatten in politiek Den Haag vooral over de kosten van zorg. De gedachte achter de decentralisatie van jeugdzorg en thuiszorg naar gemeenten was dat door vroegsignalering zwaardere zorg voorkomen zou worden, wat zou leiden tot een bezuiniging. Die gedachte klopt ook wel. Er was bij het vaststellen van de budgetten alleen geen rekening gehouden met een sterk stijgende zorgvraag. Met als gevolg dat de huidige budgetten te krap zijn.
Het informele netwerk is overbelast
Dit leidt onherroepelijk tot een druk op gemeenteambtenaren die keukentafelgesprekken moeten voeren met cliënten. Zij zetten soms onbewust de verkeerde bril op. De bril: hoe kunnen we het netwerk rondom de cliënt zo mobiliseren dat zo min mogelijk formele en professionele zorg nodig is? In plaats van de bril: welke professionele zorg is nodig om de zelfredzaamheid van deze persoon, dit gezin of deze familie te vergroten? Er was daardoor onvoldoende oog voor het feit dat sommige cliënten het met hun informele netwerk alleen niet redden. Er was ook onvoldoende aandacht voor het feit dat het informele netwerk soms zo zwaar werd belast dat mantelzorgers het niet meer trokken. Omdat je als mantelzorger nooit tegen een kind, partner of ouder zegt ‘zoek het zelf maar uit’, vallen deze mensen uit op hun werk, ontwikkelen zelf aandoeningen die ze niet zouden hebben zonder de overbelasting en ga zo maar door.
Breng de gevolgschade in kaart
Daarom is het nu tijd om de gevolgschade eens te berekenen. Hoeveel kost het de maatschappij als we het capaciteitsvraagstuk in de gz en ggz, jeugdzorg, ouderenzorg en gehandicaptenzorg niet oplossen? Wat is de maatschappelijke impact van het huidige financiële beleid? Wat kost de vaak veel duurdere spoedzorg die nodig is doordat een wachtende cliënt niet op tijd is geholpen? Over hoeveel manjaren aan verloren arbeidsuren hebben we het doordat mantelzorgers uitvallen op hun werk of bewust minder uren gaan werken om mantelzorg te kunnen leveren?
Stel effectiviteit boven efficiency, kwaliteit boven kosten
Daarom is het tijd dat we als sector zelf de businesscase maken; een businesscase om aan te tonen wat het effect is op de totale maatschappelijke kosten als we het budget voor de zorg verhogen, zodat meer mensen de juiste zorg op het juiste tijdstip en de juiste plek ontvangen. Het is tijd om effectiviteit boven efficiency te stellen, om kwaliteit van zorg belangrijker te vinden dan de kosten. Want dan zullen veel van de dure escalaties niet meer nodig zijn en zal het verlies aan arbeidsproductiviteit van mantelzorgers als sneeuw voor de zon verdwijnen. Vraag het maar eens aan andere sectoren die focussen op ‘first time right’ en ‘zero defects’, zoals de producerende industrie. Zij kunnen je vertellen: een focus op kwaliteit leidt vanzelf tot kostenverlaging omdat de kosten van het herstellen van fouten hoger zijn dan de kosten die je eenmalig moet maken om ‘first time right’ te bereiken. Andersom leidt een focus op kosten tot meer fouten, meer rework en op lange termijn hogere kosten.
Kijk de kunst af bij de ziekenhuiszorg
Wil je inspiratie opdoen voor zo’n aanpak? Neem een voorbeeld aan de ziekenhuiszorg en aan alle belangengroepen daar omheen die momenteel allerhande cijfers ophoesten over de gevolgen van uitgestelde coronazorg. Zij presenteren zowel generieke als specifieke cijfers. Bijvoorbeeld: in 2020 zijn 4.000 minder nieuwe diagnoses van kanker gesteld. De diagnoses die wel gesteld werden, waren ernstiger. Zo is het aantal melanomen met uitzaaiingen naar de hersenen gestegen van 27 naar 41 procent (van alle uitgezaaide melanomen). Het zijn cijfers die in bijna iedere krant stonden en zelfs het tv-journaal haalden. Maak zo’n specifieke vertaling ook eens voor de ggz, jeugdzorg, ouderenzorg of gehandicaptenzorg. Hoeveel jongeren met een eetstoornis belanden door uitgestelde behandeling in het ziekenhuis? En hoeveel van hen overlijden?
Verbeteren begint met meten
Op hoog niveau ontstaat soms de neiging om te denken dat ‘het systeem nu eenmaal zo werkt’. Terwijl patiënten, ouders en behandelaren de wanhoop vaak nabij zijn. Waarom wordt een kind met kanker meteen behandeld, maar een kind met een eetstoornis aan zijn lot overgelaten? Als we als maatschappij en als zorgverleners echt willen dat hier iets aan verandert, dan moet je beginnen met meten. Hoeveel cliënten staan op een wachtlijst? Wat is hun diagnose? Hoe snel verslechtert hun prognose door uitgestelde zorg? Welke directe kosten brengt dat met zich mee? En welke indirecte kosten? Wedden dat de businesscase dan zo op tafel ligt?
Derkje Andrée Wiltens
Business consultant bij Tenzinger