Deze omschrijving las ik onlangs in een post op LinkedIn, geschreven door Laura Dammeijer, een trotse wijkverpleegkundige. De omschrijving is treffend en past precies bij hoe wij vanuit de NZa de wijkverpleging zien. De wijkverpleging is cruciaal in de zorg; we kunnen niet zonder professionele wijkverpleegkundigen. Terecht dat Laura trots is om wijkverpleegkundige te zijn en dat ze baalt van de vooroordelen over haar vak. Zeker gezien de grote uitdagingen waar de wijkverpleging voor staat: we hebben steeds meer mensen om thuis voor te zorgen en steeds minder mensen die deze zorg kunnen leveren. De cruciale rol van wijkverpleegkundigen verdient alle aandacht.
Samenspel
Voor cliënten is de wijkverpleging het vertrouwde gezicht achter de voordeur. Dat is ontzettend belangrijk, zeker wanneer je kwetsbaar bent en zorg nodig hebt. Welke zorg iemand precies nodig heeft? En hoe deze zorg het beste geleverd kan worden zodat deze aansluit op de behoefte van de cliënt? Dat kan de wijkverpleegkundige bij uitstek beoordelen. Wat iemand nodig heeft wordt bepaald door de situatie van de cliënt, de verwachtingen over diens mogelijkheden tot herstel en de context. In die context is ook een belangrijke rol voor familie en andere zorgverleners weggelegd, wijkverpleging vraagt altijd om samenspel. Verplegen bij mensen thuis is zoveel meer dan de som van een standaard reeks taken zoals wondzorg, medicatie toediening of iemand wassen.
Professionele autonomie
Voor de NZa is de wijkverpleegkundige een cruciale professional die samenwerkt in de wijk waar nodig en op basis van eigen kennis en kunde professionele keuzes maakt. Dat de wijkverpleegkundige autonoom moet kunnen bepalen wat er nodig is aan zorg en ondersteuning is in lijn met het kwaliteitskader Wijkverpleging. Elke situatie is anders. Wijkverpleegkundigen moeten de ruimte hebben, én ervaren, om daarop in te spelen. Dat motiveert ons om samen met wijkverpleegkundigen aan een bekostiging te werken die deze ruimte stimuleert.
Dat betekent: geen – soms knellend – aantal uren beschikbare zorg; wel de mogelijkheid om kwalitatief goede zorg te verlenen die past bij de cliënt, die aansluit op wat echt nodig is. Het gaat niet om hoeveel zorg je als wijkverpleegkundige levert; wel om op welk resultaat je inzet en of je de meest passende zorg levert. Dat betekent niet meer dan nodig maar ook niet minder dan nodig. Het gaat niet primair om kwantiteit, wel om kwaliteit. En dat vraagt om een bekostiging die de inhoud volgt en uitkomsten van zorg stimuleert. Dat is niet eenvoudig, zeker niet in tijden waarin het personeelstekort steeds nijpender wordt en de kosten van de zorg een groot maatschappelijk vraagstuk vormen.
Cliëntprofielen
In de nieuwe bekostiging willen we van productie en uren een minder bepalende factor maken. Cliëntprofielen vormen naar mijn idee daarvoor een waardevolle basis. Deze profielen zijn samen met wijkverpleegkundigen ontwikkeld, en zullen we ook de komende maanden blijven verfijnen. Ze geven een schatting van de verwachte zorg die de cliënt nodig zal hebben. Hiermee willen we bereiken dat de zorgaanbieder en de wijkverpleegkundige niet meer ‘afgerekend’ worden op het aantal uren zorg, maar dat er juist meer ruimte ontstaat voor eigen inzicht, inzet en autonomie van de wijkverpleegkundige bij het vormgeven van de nodige zorg. Er ontstaat daardoor ook meer ruimte voor het voorkomen van zorg (preventie), het versterken van innovatieve en digitale vormen van zorg, en het stimuleren van eigen regie en zelfredzaamheid. Daarnaast wordt het makkelijker om met zorgverzekeraars inhoudelijke afspraken te maken en niet alleen stil te staan bij de tarieven. In de contractering kunnen de profielen als basis dienen om over te stappen op een vergoeding per week of per maand.
Wat goede zorg kan zijn
Idealiter koppelen we de zorgvraag van een cliënt aan een gewenste uitkomst. Zo wil je bijvoorbeeld dat je cliënt na ontslag uit het ziekenhuis na een beroerte weer in staat is zichzelf te verzorgen, niet angstig is en geen somberheid ontwikkelt. Dan kun je als verpleegkundige op grond daarvan bepalen welke zorg je in moet zetten om daartoe te komen.
Zo ver is het nog niet. Waardegedreven zorg financieren op basis van uitkomsten is vooralsnog een stip aan de horizon. De cliëntprofielen zijn wel een eerste stap om verpleegkundigen meer in de lead te brengen in het sturen op wat er nodig is in de zorg voor hun cliënten. Waar een bekostiging op basis van geleverde zorg zich beperkt tot wat zorg is en zorg ziet als een optelsom van taken, werkt onze nieuwe bekostiging mee aan wat goede integrale zorg in de wijk kan zijn.
Marieke Schuurmans
Chief Healthcare Organization bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)
Peter Koopman
Prof. dr. Marieke Schuurmans geeft zeer helder het belang van de wijkverpleegkundige voor de Nederlandse samenleving als geheel en haar burgers als individu. Zorg voor het individuele gezonde bestaan heeft daarnaast raakvlakken met het individueel welzijn ( sociaal maatschappelijke status ). De wijkverpleegkundige acteert op het “V” terrein van VWS, maar kan het “W” terrein van VWS daarmee in verband brengen en dat zeer nabij: thuis! De politiek stapelt een veelheid aan opgaven rondom thuiszorg en de verschillende aspecten van langdurende zorg en welzijnsproblemen. De wijkverpleegkundige is hier een sleutelfiguur! Dus: niet alleen “over en met”, maar ook door haar direct te betrekken komen haalbare oplossingen in zicht!
pedor Bakens
Afgelopen donderdag 31 maart vond aan de HAN, in Nijmegen, de officiële installatie plaats van de nieuwe lector Wijkverpleging, Minke Nieuwboer. Een lectoraat met, zoals de naamgeving al zegt, speciale aandacht voor de wijkverpleging. Een geweldig initiatief wat hopelijk veel hogescholen zal inspireren om dit goede voorbeeld te volgen.