Wie de beleidsontwikkelingen in de zorg volgt, kan de slogan ‘de juiste zorg op de juiste plek’ dromen. Het begrip is al zo ingeburgerd dat het inmiddels een eigen afkorting heeft: DJZODJP. Het klinkt ook zó logisch. In de praktijk ontmoeten we enthousiaste (zorg)bestuurders en zorgprofessionals met vlammende inhoudelijke ambitie. Toch is DJZODJP niet zomaar de nieuwe praktijk.
In juli organiseerden wij een bestuurlijke dialoog over de regierol, randvoorwaarden en welke eerste stap te zetten. De interessante inzichten delen wij in deze blog graag.
Blik naar buiten… nu écht!
Natuurlijk zijn er kwalitatieve doelstellingen met de beweging zorg op de juiste plek. Eerlijkheid is ook dat toegankelijkheid en beschikbaarheid (cq. kostenbeheersing) een grote rol spelen. Plus: wij burgers verwachten dat zorg zo dichtbij mogelijk digitaal ondersteund aangeboden wordt. De aanname hierbij is dat je eenvoudig kunt uitrekenen dat kostbare zorg door omzetting en herschikking goedkoper wordt. Het Berenschotrapport van juni 2018 liet echter zien dat dit zo simpel niet is. Ook de bestuurders aan onze dialoogtafel bevestigen dit; wie zet zonder helder kader toch die eerste stap?
Er blijkt beperkt ruimte voor de blik naar buiten, de hoognodige blik op de regio. “Het ziekenhuis zuigt je naar binnen”, horen we. En vragen als lateralisatie tussen eigen locaties, noodzaak tot besparing, arbeidsmarktproblemen of nieuwbouw eisen volle aandacht. Terwijl zorg op de juiste plek juist vraagt om samenspel tussen de ‘latende’ en ‘ontvangende’ partij. Weet de beoogd latende partij eigenlijk wel wie ontvanger kan zijn? Kennen we elkaar en elkaars belangen, mogelijkheden en ambities al genoeg?
Gezamenlijke verantwoordelijkheid
De eigen regionale context lijkt vaak bepalend voor met wie zaken gedaan wordt. Meestal is dat een eerstelijnspartij, aan de achterkant de VVT, nog maar zelden wordt de verbinding met het sociaal domein écht verkend. Wie de eerste stap zet is dan misschien niet eens de belangrijkste vraag. Belangrijker is dat alle stakeholders in de regio sámen richting bepalen en voorwaarden scheppen. Werken aan de gezamenlijke maatschappelijke opdracht om in de eigen context zorg inderdaad naar de juiste plek te brengen.
Maar wat is er dan nodig om de beweging in gang te zetten? Al pratend met de zorgbestuurders, kwamen we tot een vijftal tips:
1. Start bij de professionals: wees trots op kleine stappen voorwaarts. Stimuleer professionals en geef ze de ruimte elkaar op te zoeken en over de grenzen van eigen instelling en domein tot daadwerkelijke innovatie te komen.
2. Versterk de positie van regionale ziekenhuizen: zij vormen de verbindende schakel tussen de gespecialiseerde zorgvolumes (in topklinische/ topreferente centra) en de zorg dichtbij huis en de eerste lijn.
3. Maak afspraken op basis van een goede analyse van de (toekomstige) zorgvragen en beschikbare zorgcapaciteit in de betreffende regio: wie heeft welke rol in het regionale zorgpalet?
4. Breng significante verschuivingen en financiële effecten hiervan transparant op tafel (het risico is dat partijen wel productie, maar geen omzet, overdragen).
5. Ga voor meerjarenafspraken (bij voorkeur gesteund door álle betrokken verzekeraars) en organiseer een vangnet waarin geëxperimenteerd en geleerd kan worden.
Wie steekt het vuurtje aan?
Aan de bestuurstafel blijkt dat er niet één recept bestaat om de beweging tot zorg op de juiste plek op gang te brengen. De eigen regionale context is heel bepalend, en het gezamenlijk formuleren van de regionale veranderopgave is een goede eerste stap.
Zorg op de juiste plek begint met een bestuurder (verzekeraar, ziekenhuis, MSB of andere stakeholder) die zijn nek uitsteekt en die eerste stap zet. Die richting geeft, partijen bij elkaar haalt en transparant belangen naast elkaar zet. Waarom? Omdat dit de enige duurzame weg is.
De verantwoordelijkheid voor zorg op de juiste plek is van iedereen. Niemand hoort zich te verschuilen achter de stelling dat je als individuele zorgaanbieder onvoldoende invloed of positie hebt om de beweging op gang te brengen. Iedereen heeft iets te doen. De vrees dat het zetten van de stap ‘niet gratis’ is geldt voor iedereen, want het heeft consequenties. Daar moeten partijen elkaar bij helpen en niet op afrekenen.
Maarten Adelmeijer, Hans Oosterkamp en Christel van Zijp
Adviseurs bij Berenschot Maatschappelijke Ontwikkeling & Zorg