Het zal u zijn opgevallen dat ik mijn blogs nooit in de ik-vorm schrijf. Ik voel me lekker bij die stijl en daarmee tracht ik met gepaste afstand mijn stukken te schrijven. Mijn nieuwjaarswens is een mooi moment om even af te wijken van die gewoonte.
Sinds de start van de ‘marktwerking’ in de zorg constateer ik dat de gemiddelde temperatuur in de zorgsector structureel omlaag is gegaan. De zorg aan de basis bleef warm, maar de omgeving van die basis ging van louw naar koud en op sommige plaatsen zelfs naar vrieskastniveau. De warmte aan de basis komt daarmee in gevaar.
Zo is er in de 10 jaar dat we spreken over ‘marktwerking’ een koude wereld en een warme wereld ontstaan. Het vrieskastniveau is thans bereikt bij inkopende verzekeraars, onkundige gemeentebestuurders en Kamerleden en bestuurders die op te grote afstand van de primaire zorg zijn komen te staan.
De staatssecretaris is in de kille sfeer gekomen, maar de minister lijkt nog warmte uit te stralen. Dat heeft zij bereikt door de ijskast structureel bij de verzekeraars te zetten en zichzelf daarmee buiten schot te houden. Knap staaltje politieke feeling.
Pistool op de borst
Ik betreur het in hoge mate dat de verzekeraars zich door de minister in die richting hebben laten manoeuvreren. Er wordt nauwelijks op kwaliteit ingekocht en met het pistool op de borst worden zorgbestuurders gedwongen louter financieel gerichte contracten met hen te sluiten. Warme bestuurders beginnen nu fors tegen te sputteren, met alle risico’s van dien. De strijd om het geld is uiteindelijk de dood in de pot voor de temperatuur bij de cliënt.
Ik betreur niet de efficiëntieslag die de afgelopen jaren is gemaakt en ik bewonder het inkasseringsvermogen van de sector en de resultaten daarvan. Ik zie dat op vele plaatsen gedwongen, vrijwillige en door innovaties bereikte kwaliteit/prijsverhoudingen (soms sterk) zijn verbeterd. Thans overschrijden we echter de piepen en kraken-grens en als we zo doorgaan dan zal mevrouw Jansen dat gaan voelen: in de thuiszorg, de ziekenhuizen, de intramurale zorg, de revalidatie, de GGZ en noem alle soorten zorg maar op.
De gehele zorgsector wordt nog uitsluitend op de financiële component gestuurd, aangevoerd door kille en soms ijskoude organisaties/mensen die de warmte van het primaire proces nog nooit hebben meegemaakt en ook geen enkele moeite hebben genomen om dat proces eens een paar dagen mee te maken. Ik vind dat stuitend.
Rode cijfers
Vele zorgorganisaties duiken nu definitief de rode cijfers in of genereren een rendement en balansverhoudingen die niet meer acceptabel zijn voor de banken. Zij kunnen dat voorkomen door nóg een efficiencyslag door te voeren en daarmee de bijl aan de wortels van de (warme) zorg te leggen. Warme en lauwe bestuurders komen in opstand. Maar ja, tegen wie? Een leger van vrieskistdenkers: gesloten circuits van verzekeraars, politici, gemeenten (VNG) en kleinere ijsblokjes.
Dat moest ik even kwijt, zo op de grens van oud- en nieuwjaar. Ik ben me ervan bewust dat het bovenstaande een spectaculair negatief beeld geeft van de ontwikkelingen in de sector. Even geen tijd voor nuances. Ik maak mij gewoon zorgen. En ik begrijp: meerdere met mij.
Positief nieuws is dat veel rampen zijn te voorkomen. Het nieuwe jaar is een mooi moment om de beschreven richting te draaien.
De discussie over wat we willen betalen voor goede zorg moet weer terug in de Kamer en weg bij de verzekeraars. Ik denk dat veel verzekeraars er blij mee zullen zijn dat niet zíj de klappen van politiek bestuur moeten opvangen. Het debat moet dáár worden gevoerd waar het thuis hoort: de volksvertegenwoordiging. Ik verwacht dat we in zo’n debat meer begrip krijgen voor de kwaliteit/prijs verhouding in de zorg, niet op basis van veel kennis van de sector, maar louter op politiek draagvlak. Warmte scoort in politieke besluitvorming altijd hoog. Het levert kiezers op. Dat is niet cynisch, maar gewoon de harde werkelijkheid.
IJskoude verzekeraars
Warmte kan ook ontstaan door in alle contract onderhandelingen de prijs/kwaliteit-benadering te hanteren. IJskoude verzekeraars/gemeenten moeten opgewarmd de gesprekken kunnen aangaan en niet bang zijn dat verzekeringspremies/publieke lasten daardoor misschien wat verder moeten gaan stijgen. Ik ken de gevoeligheden daarbij, maar denk toch dat we collectief weinig problemen hebben met kleine prijsverhogingen indien we die maar goed kunnen uitleggen aan de mensen die de ene keer verzekerden zijn en de andere keer zorgbehoevend. Naïef? Misschien. Maar ik denk dat we een goed verhaal hebben.
En laten we dan samen de conclusie trekken: de zorg was geen markt, is geen markt en zal nooit een markt worden. Het voldoet op te veel deelgebieden niet aan de eisen om professioneel marktgedrag te etaleren. De zorgsector is gewoon publiek domein, waarbinnen efficiënt gedrag moet worden beloond en overigens enige vorm van competitie geen enkel bezwaar is, integendeel. Indien de gemiddelde temperatuur in de sector maar weer omhoog gaat.
Ik wens alle spelers een warm 2016 toe.
Paul Baks
Bekleedt diverse , bestuurs- en adviesfuncties in de zorgsector
—
In de laatste dagen van 2015 kijken verschillende trouwe Skipr-bloggers terug op het afgelopen jaar en vooruit naar de gebeurtenissen in 2016. Vandaag: Paul Baks, bestuurder en adviseur in de zorg, en Jan de Vries, tot 1 januari 2016 directeur van MEE Nederland en vanaf dat moment algemeen directeur van ActiZ.