Is zwart werken een praktische oplossing of een maatschappelijk probleem? Op het Nationaal Symposium Huishoudelijke Hulp bood, geheel onverwacht, tuinieren inzicht.
Onderzoek van PGGM doet vermoeden dat het zwart huishoudelijk werk gaat toenemen. Dat is in de eerste plaats een probleem voor de medewerker die daardoor geen premies afdraagt voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en de oudedagsvoorziening. Hiermee ontstaat een groep werkenden die niet dezelfde rechtspositie heeft als werknemers in dienstverband.
De groep zwart werkende huishoudelijke hulpen is divers. Laten we allereerst erkennen dat er een groep huishoudelijke hulpen is die werkt bij een grote groep cliënten, waarvan beide partijen het geen enkel probleem vinden dat dit zwart gebeurt. De hulp werkt slechts een paar uur voor de extra bijverdienste, de cliënt heeft geen verantwoordelijkheden als werkgever en krijgt ‘value for money’. En het financiële vangnet voor de hulp is – meestal – de partner.
Verwildering
Filosoof Bas Haring vergeleek tijdens het Nationaal Symposium deze situatie met de tuin van Mien Ruys; als je alles in je tuin 100 procent netjes wilt houden, ben je een veelvoud aan tijd en werk kwijt. Wil je een nette tuin maar niet al dat werk, zorg dan voor een schoon tuinpad, maar een beetje verwildering in de tuin moet je dan niet erg vinden. Tegelijkertijd moet je de uitwassen wel bestrijden!
Hoe voorkom je dan dat de verwildering het nette pad gaat overwoekeren? Volgens Pieter Hilhorst, oud-wethouder van Amsterdam, is het al zo ver en zou de tuin op de schop moeten. Hij ziet zwart werken als iets dat we gewoon zijn gaan vinden, terwijl het niet normaal is. Hij pleit voor een integrale afweging van maatschappelijke kosten en baten. Dat betekent dat we breder moeten kijken naar wat is nodig om mensen langer thuis te laten wonen.
Zorgkosten besparen
Door de huidige verkokering in de zorg wordt nu slechts naar één maatregel gekeken en wordt daarop geconcurreerd. Huishoudelijke hulp wordt aanbesteed, maar los van andere maatregelen die ook de zelfredzaamheid bevorderen en daardoor zorgkosten besparen. Ook wordt nauwelijks in samenhang gekeken naar de maatregelen die de werkenden in loondienst kunnen helpen om aan het werk te blijven.
Terug naar het onderzoek van PGGM, waaruit bleek dat huishoudelijke hulpen geen perspectief ervaren om ‘wit’ aan de slag te blijven als ze worden ontslagen. Er is terughoudendheid om dan zwart te gaan werken, maar de helft ziet het als de enige mogelijkheid om toch nog een inkomen te realiseren.
Als er een meer integrale afweging wordt gemaakt en gemeenten ‘zelfredzaam blijven’ gaan aanbesteden, wordt er anders naar het werk van huishoudelijke hulp gekeken, namelijk als onderdeel van een set aan maatregelen om mensen langer zelfredzaam te laten zijn. Dat dwingt betrokken partijen te komen met slimmere, integrale oplossingen. En dan wordt dat de concurrentiefactor, en niet zoals nu de arbeidsvoorwaarden van de huishoudelijke hulp.
Experimenteren
In de tuinen van Mien Ruys wordt ook nog steeds geëxperimenteerd met beplantingen en tuinmaterialen. Ik hoop van harte dat gemeenten en ondernemingen de ruimte pakken om ook te experimenteren, met als doel een wit werkende en financieel beschermde huishoudelijke hulp.
Manager Relatiemanagement sociale partners PGGM