Er zijn twee soorten leiders: de farao en de facilitator. De zorg vraagt om moreel leiderschap, die het best is gediend door een facilitator.
De farao heeft het hoog in de bol en waant zich goddelijk of wordt naar de ogen gezien. Hij moet dan als leider sterk in zijn schoenen staan om geen hoogmoedswaanzin te krijgen en er zelf niet in te gaan geloven. Kijk maar om je heen waar leiders langer aan het roer staan. De farao meent zelf het best te weten wat er gebeuren moet en vooral ook hoe. Anderen dienen dat volgzaam uit te voeren. De farao moet het hebben van zijn eigen inzichten en gelijk. Eventuele adviseurs zullen de farao al gauw naar de mond praten.
De facilitair leider treedt alleen op als dat nodig is. Net als de farao heeft hij (veel vaker juist ook een zij) een visie en geeft richting. Maar die richting wordt bij een facilitair leider gevoed door degenen die aan de visie bijdragen. De facilitair leider gelooft vooral in het mobiliseren van talenten van medewerkers. Zij is overtuigd dat de beste manier om leiding te geven is om ieders talenten tot wasdom te laten komen en dat de uitvoerders het best in staat zijn te bedenken hoe dat werk kan gebeuren. Onderlinge afstemming, prioriteiten stellen en koersen op de gedeelde missie en visie blijven dan wel haar taak. In essentie is dat haar enige taak. Alleen zichtbaar als het nodig is.
Gespannen werksfeer
Farao’s en faciliteerders herken je van verre. Farao’s vragen om verblinding en loyaliteit. Zodra je een organisatie binnengaat waar een farao regeert, merk je dat. Vooral aan zijn kantoor: indrukwekkend (centraal of hoog) gelegen. Deur dicht. Secretaressekamer ervóór. Eigen parkeerplaats voor de deur. Een hoge receptiebalie met ontoegankelijke receptionist. Een gespannen werksfeer. Faciliteerders laten anderen schitteren. Zijn zichtbaar op de werkvloer. Onderzoekend en geïnteresseerd. De werksfeer is open, energiek en gemoedelijk. Inhoudelijk gedreven.
Los van de primaire instelling van beide leiders is leiderschap ook afhankelijk van de situatie. In geval van calamiteit is meer sturend leiderschap gewenst, omdat er dan minder tijd is om tot consultatie en afweging te komen. Maar het is ook gewenst als er een zichtbare daad gesteld moet worden. Bijvoorbeeld een gezicht bij een calamiteit of een rechtmatige reden voor ontslag op staande voet. Anderzijds, zal ook een faciliterend leider in geval van een calamiteit medewerkers consulteren die dat al gewend zijn, dus snel met elkaar inhoudelijke informatie kunnen uitwisselen.
Ubuntu
Dat leidt tot een soort leiderschap dat Ubuntu wordt genoemd en van oorsprong afkomstig is van sommige stammen in Afrika. Wijlen Nelson Mandela bracht ubuntu in de praktijk. Volgens deze filosofie verzamelt de leider de stam om zich heen, legt zijn probleem voor en vraagt om ieders mening. De jongsten en buitenstaanders voeren het eerste het woord, die dán nog alles durven zeggen, omdat de ouderen en wijzen zich nog niet geroerd hebben. Vervolgens pas de senioren. Na deze ronde bedenkt het stamhoofd wat hij zal doen. En kan dit nog voorleggen voor een extra ronde aan de stam. Daarna neemt hij de beslissing.
Ik denk dat de wereld, dus ook de zorg, er beter van wordt als overwegend Facilitair leiderschap wordt uitgevoerd. Helaas verdragen totalitair en facilitair leiderschap elkaar niet. Dus is het een kwestie van kiezen als je kunt en durft. Totalitair leiderschap heeft de neiging te winnen, waarmee facilitair leiderschap het onderspit delft. Want facilitair leiderschap is niet gericht op winnen. Maar alles van waarde is kwetsbaar. Dus kies waar je voor gaat. Op degene waar je voor stemt (als je mag stemmen), of degene die je in je zorgorganisatie als leider wenst, of wenst te houden (als je daarop invloed hebt). En kies wie je zelf wilt zijn en leef daarnaar! Nu de wereld onzekerder wordt zien wij deze maanden binnen en buiten de zorg veel farao’s in opkomst en angstige volgers, die niet beseffen dat hun eigen inzichten en bijdragen de wereld verder zouden helpen. Kies je leiderschap!
Mede-oprichter en eigenaar van ZorgSteedsBeter