De gehandicaptenzorg (GHZ) werkt nu een jaar met een vernieuwd Kwaliteitskader. De zorgaanbieders hebben op zeer verschillende wijze hun bevindingen uit dit eerste jaar vastgelegd in rapportages. Onderzoekers verbonden aan de Erasmus-universiteit hielden veertig van die rapporten tegen het licht en maakten daar een actueel, haarscherp sectorbeeld van, dat veel vertelt…
De kern van het nieuwe kwaliteitsdenken in de GHZ is dat het accent ligt op leren en verbeteren. Er wordt resoluut afgestapt van de afvinklijstjes. Daarbij vervult de reflectie van cliënten een hoofdrol. Daar was aanvankelijk de nodige weerstand over. Onder verzekeraars bijvoorbeeld. Die gaven zelfs boetes als aanbieders afstapten van de vertrouwde verantwoording, die vooral werd ontleend aan toetsbare kwaliteit.
Toch verzaakten steeds meer aanbieders niet in hun poging om te laten zien dat je ook anders kunt omgaan met kwaliteitsvraagstukken. Dat is langzaam maar zeker een beweging geworden. De VGN en haar partners schaarden zich er vierkant achter en er ontstond een breed gedragen vernieuwd Kwaliteitskader, dat hard op weg is een voorbeeld te worden voor andere deelsectoren in de zorg.
Menselijke maat centraal
Het sectorbeeld is interessant om te lezen. Heel vaak is verantwoording over kwaliteit te saai voor woorden. Maar dit beeld verveelt niet. Dat komt doordat de menselijke maat centraal staat. Die geeft kleur aan wat er in de sector gaande is. Die veelkleurigheid geeft meteen volop mogelijkheden om eens op een andere manier te benchmarken, te vergelijken. Niet door langer vast te houden aan de meetlaat die voorschrijft waar iedereen aan moet voldoen. Die lat maakt ons niet wijzer. Als zorgaanbieders hun collega’s vragen laten stellen en daarnaast open staan voor visites van andere deskundigen, leren we veel meer. Vreemde ogen dwingen…
Benchmarken mag nooit uitmonden in controle. Zoals de verzekeraars en de zorgkantoren dat willen. In het nieuwe denken gaat het om onderlinge vergelijking tussen zorgaanbieders die van elkaar leren. Lerend verantwoorden noemen de deelnemers het. Ze komen los van het klassieke kwaliteitsdenken, dat te weinig oplevert. Neem de ziekenhuizen. Daar moeten nu overal pijnscores worden gemeten. Zonder dat voldoende in ogenschouw wordt genomen wat pijn betekent voor patiënten. Afdeling A heeft een hogere pijnscore dan afdeling B. Dat zegt natuurlijk helemaal niets! Als vergelijking vervreemdt van waar het echt over gaat, wordt het een instrument dat een illusie is van kennis en controle. Terwijl het in feite ver af staat van hoe de zorg werkelijk wordt geleverd.
Routine
Het is nog te vroeg om te zeggen dat de GHZ voor een ommekeer zorgt in het kwaliteitsdenken. Maar kwaliteitszorg past er nu wél in een goede bedding en de acceptatie van deze vorm groeit snel. Intussen ebt de weerstand weg. Dat maak ik op uit de reacties in de keten. Op veel plekken in publieke zorgdomeinen wordt nu nagedacht over lerend verantwoorden.
Ik plaats ook een kanttekening. Bij elke poging om vernieuwend naar kwaliteitszorg te kijken dreigt verroutinisering. Ook deze kijk op kwaliteitszorg zal ooit routine worden. Waardoor de toegevoegde waarde vermindert. Lerend verantwoorden mag nooit in een mal terecht komen. Daarom: GHZ, verzaak niet. Voorkom dat je nu blijft hangen in je succes. Rapporteer vernieuwend, maar verhef dit niet tot norm. Blijf jezelf opnieuw uitvinden. Dat is juist ook het sterke aan de huidige ontwikkeling.
Kwaliteit van leven
Ik begrijp overigens wel waarom deze doorbraak van de GHZ komt. Van oudsher is er veel aandacht voor kwaliteit van leven. Het gaat in deze sector niet alleen om behandelen en begeleiden. De zorgaanbieders leveren vaak een vervangend thuis en werken aan instandhouding van kwaliteit van leven. Met heel veel oog voor wat bewoners willen en kunnen.
Staan we dus aan de vooravond van vernieuwd zorgbreed kwaliteitsdenken? Die verandering was al gaande. Er is nog een school die vasthoudt aan normen, meten en indicatoren. Deze technocratische, instrumentale school beoordeelt op output van kwaliteit. Maar er is dus nu ook een school waarin de VGN doceert. Dat is de school waar men leert van elkaar, waar men zichzelf zichtbaar en soms ook kwetsbaar opstelt. De komst van lerend verantwoorden is een zeer wenselijke verbreding in het kwaliteitsdenken.
O ja, degenen die het in de combinatie zoeken – tellen en vertellen – doen er goed aan om de volgorde in de gaten te houden. Ik zou vertellen en het resultaat van tellen in de bijlage doen. Zorg wordt altijd in een relatie geleverd en dat besef is nu beter dan ooit doorgedrongen. Daar zal de kwaliteit van de zorg alleen maar door toenemen.