Zorgverzekeraars laten ruim 600.000 kinderen ‘in de kou staan’. Althans, dat is de strekking van het verhaal dat beroepsvereniging voor tandartsen ANT verkondigde.
Op basis van de resultaten van een proef met het aanschrijven van ouders van kinderen die niet naar de tandarts gaan is de afgelopen week veel aandacht gegenereerd. Hoezeer die aandacht erg welkom is, ontbreekt de nuance en het volledige verhaal op veel plekken. Juist deze nuance is van belang om het probleem te schetsen, de juiste aanpak te kiezen en echt met oplossingen te komen in plaats van enkel polariserend te werk te gaan.
Kosteloos
Volgens gegevens van Vektis gaat één op de vijf kinderen niet naar de tandarts, landelijk gemiddeld gezien. Tandartsbezoek voor deze kinderen is opgenomen in de basisverzekering, wat het per saldo kosteloos maakt voor de ouders. Ik noem hier bewust niet het modewoord ‘gratis’ wat ik in vele dagbladen teruglees, omdat zorg nooit gratis is. Het is iemand anders die er voor betaalt. Maar weten ouders dat het kosteloos is? Nee, het bewustzijn dat deze zorg beschikbaar is en ze niets kost, dat is iets waar nog veel te winnen is. Is een brief zenden dan de juiste aanpak? Misschien. Maar er zijn meer en wellicht meer passende opties.
AVG
Er spelen op de achtergrond veel uitvoeringsproblemen om zomaar élke ouder van een kind dat niet gaat aan te schrijven. Allereerst waren zorgverzekeraars méér dan een jaar lang in de stellige overtuiging dat het gewoonweg niet mag. De intrede van de nieuwe AVG gaf duidelijk aan dat er géén declaratiegegevens gebruikt mochten worden voor het selectief aanschrijven van groepen verzekerden. Er is hier zelfs jurisprudentie over. Compliance officers en juristen checkten het meermaals en kwamen steeds tot dezelfde conclusie; Een selectie maken op medische gegevens om gericht mailings te doen is onjuist en onmogelijk in het kader van de privacy wetgeving. Door de tijd achterhaald is nu te lezen dat de Autoriteit Persoonsgegevens hier géén problemen in ziet. Mocht nader onderbouwd kunnen worden waarom afgeweken wordt van een eerdere lijn, is daarmee een privacy issue uit de weg. Dit checken zorgverzekeraars op dit moment.
Ouders die de taal niet spreken
In de tussentijd werkten zorgverzekeraars aan meer gerichte acties om ouders te motiveren. Door gebruik van animaties op o.a. Facebook werd het probleem van de taal ook geprobeerd te omzeilen. Aannemelijk gemaakt kan worden dat van een groot deel van de kinderen die niet gaan, de ouders géén Nederlands spreken. Het nut van een algemene brief is dan nihil. Naast animaties wordt bijvoorbeeld ook een tandenborstel, tandpasta en een kaartje met de boodschap dat mondzorg voor kinderen kosteloos is verspreid aan alle ouders waarvan hun kind de 2e verjaardag viert. Dit is primair focussen op een moment waarbij van oudsher tandartsbezoek ter sprake komt. Tegenwoordig weten we dat bij de doorbraak van het eerste tandje tandartsbezoek al nuttig is. Daar gaat deze campagne op aangepast worden. Zo zijn er nog een aantal voorbeelden te noemen.
Consultatiebureaus
Laten we niet blind zijn voor de aansporing vanuit de berichtgeving. Als aanschrijven tóch de meest effectieve manier is zie ik geen bezwaren dat te doen. Maar wel met het volledige verhaal en met een volledig netwerk eromheen. Consultatiebureaus kunnen heel gericht wijzen op tandartsbezoek. Liefst 96 procent van de ouders bezoekt hen. Een eenvoudig overzicht met tandartsen die nog ruimte hebben voor nieuwe patiënten kan daar heel effectief zijn. Deze tandartsen moeten dan ook meer dan nu de aansluiting vinden bij het zorgveld om hen heen. Hier is medewerking van de beroepsverengingen ook voor nodig. Niet enkel die van de tandarts overigens. Ook de mondhygiënist, de gespecialiseerde kindertandarts, uiteindelijk een tandprotheticus zelfs. Ook gemeenten, jeugdzorg, Instellingen voor Jeugdtandverzorging en basisscholen kunnen allemaal bijdragen aan het bereiken van deze groep ouders en hun kinderen.
Gedeelde verantwoordelijkheid
Zorgverzekeraars laten géén van de genoemde 600.000 kinderen in de kou staan. Deze kinderen staan in die kou omdat de ouders gewoonweg niet weten dat tandartsbezoek voor hen kosteloos is. Het informeren van deze ouders is een gedeelde verantwoordelijkheid waarin ieder zijn of haar deel heeft. Alle tijd die nu verloren gaat aan het over en weer beschuldigen van waar het mis gegaan is, had in die informatievoorziening gestoken kunnen worden.
Ivo Koenen
Zorginkoper mondzorg CZ Zorgverzekeringen