Samenwerken in de regio

Patrick Kenis neemt u mee in de belangrijke bouwstenen van organisatienetwerken. Waarom de keuze voor de moeilijkst denkbare organisatievorm? Hoe richt u een netwerk op? Welke organisatievorm kiest u? Welke vormen van netwerkgovernance zijn er? En hoe ziet het management van het netwerkontwerp er uit? De gekozen vorm is van invloed op de manier van samenwerking.

Met een toekenning van 20 miljoen euro uit het Integraal Zorgakkoord (IZA) kan Positief Gezond Almere (PGA) de komende jaren innovatieve oplossingen realiseren om de zorg toegankelijk te houden, de druk op zorgprofessionals te verminderen en inwoners meer regie te geven over hun eigen gezondheid.

Almere speelt hiermee in op de uitdagingen van een groeiende en vergrijzende bevolking en vormt een voorbeeld van hoe regionaal ambitieuze resultaten in korte tijd haalbaar zijn. Almere laat zien hoe je met regionale samenwerking grote stappen kunt zetten. Met dit soort initiatieven bereiden zij Nederland voor op de uitdagingen van morgen. Dit is een krachtig voorbeeld van hoe ze samen werken aan de zorg van de toekomst. Rosalie Klinkhamer-Spiering deelt de ins en outs over dit samenwerkingsverband.

Het daadwerkelijk organiseren van zorg over de schotten heen is uitdagend. Wat komt er in de praktijk allemaal kijken bij regionale samenwerking? Hoe komt u van IZWA-beleid naar praktijk? Wat zijn de opbrengsten en welke uitdagingen zijn er? Wat zijn de conclusies en aanbevelingen voor verdere stappen? Hoe betrekt u de burger? Jesper Rijpma gaat hierover in gesprek met 0.a. Heidi van den Brink.

U heeft de keuze uit de volgende twee sessies:

• Het Samenwerken in de regio debat
  Onder leiding van Jesper Rijpma gaat u in gesprek over de succes- en faalfactoren van regionale samenwerkingen. Dit alles aan de hand van prikkelende stellingen.
  Er is ruimte voor maximaal 40 personen bij het debat.
• Dialoogsessies; rondetafel gesprekken
  U gaat in kleine groepjes van maximaal 10 personen aan ronde tafels in gesprek met elkaar aan de hand van een stelling. Na afloop van de dialoogsessies worden de belangrijkste inzichten met u gedeeld tijdens een plenaire afsluiting.

Na afloop van de dialoogsessies worden de belangrijkste inzichten gedeeld uit de diverse sessies.

Frido Kraanen richt zich op de pijn en onzekerheid die gepaard gaan met de grote transities, in het algemeen en in de zorg in het bijzonder, zoals bijvoorbeeld bij IZWA en WOZO. Deze veranderingen vragen om fundamentele aanpassingen in werkwijzen, cultuur en spelregels, wat zowel bij zorgpersoneel als bestuurders leidt tot wat Kraanen omschrijft als “transitiepijn” (de onzekerheid over de toekomst en de angst voor verlies van positie en/of middelen). Hij onderzoekt bij het DRIFT hoe transitiepijn de voortgang kan belemmeren en wat mogelijke oplossingen zijn om deze pijn te verzachten.

Ook in de regio zijn de samenwerkingen in essentie gericht op andere organisatie en daarmee verschuivingen tussen organisaties. Pijn ligt dan op de loer en als we die pijn weinig tot geen aandacht geven, verwordt die tot ‘hindermacht’ van noodzakelijke veranderingen. Hij wijst erop dat bestuurders hier aandacht voor moeten hebben, omdat deze veranderingen essentieel zijn voor de toekomstbestendigheid van de zorg. In deze lezing deelt Kraanen zijn bevindingen, aanbevelingen en concrete handvatten voor het omgaan met de uitdagingen die deze transities in de regio met zich meebrengen.