Een klimaatplakker is Frido Kraanen niet. Maar volgens de bestuurder van vvt-organisatie Omring ben je als zorgbestuurder “geen knip voor je neus waard als je niet bewust met duurzaamheid bezig bent”, zo zegt hij in Skipr quarterly 02.
Het hoofdkantoor van Omring in Hoorn wordt verbouwd. Veelbelovende bouwplannen hangen voor de bezoeker uitvergroot aan de wand in de receptie. In de oude gangen ligt nog het gele laminaat dat flets afsteekt tegen het frisse wit van het gedeelte dat al zo goed als klaar is. In het kantoor van Frido Kraanen is het warm. De warmteregulatie is er nog niet in orde, verontschuldigt hij zich, maar dat komt straks goed met het nieuwe warmte-koude opslagsysteem waarbij in de zomer koud water wordt opgepompt uit de koude bron en dat na gebruik voor koeling terug geïnfiltreerd wordt in de warme bron. Het is een van de vele duurzame maatregelen die op stapel staan. Kraanen is nu bijna vier jaar bestuurder van de zorgorganisatie met onder meer dertig verpleeghuizen in Noord- Holland Noord. Bij zijn vorige werkgever PGGM had hij duurzaamheid in zijn portefeuille, hij verdiepte zich in het onderwerp, raakte overtuigd en besloot zich er hard voor te maken, ook bij Omring.
Waarom hecht u zoveel waarde aan duurzaamheid? “Mijn overtuiging is dat hoe wij leven niet houdbaar is. De balans tussen planet, people en prosperity is zoek. Onduurzaamheid leidt vaak tot slechte gezondheid. Dierlijke eiwitten zijn slecht voor mens, dier en milieu; CO2-uitstoot tast de luchtkwaliteit en het klimaat aan met als gevolg overstromingen, droogte en hittestress. De biodiversiteit verdwijnt en grondstoffen raken op. We zijn nog maar aan het begin van wat ons te wachten staat. Als we niet goed met onze planeet omgaan, verspelen we onze welvaart. Ook al beseffen we dat onze acties impact hebben op de lange termijn, er is toch de neiging te kiezen voor de korte termijn. We hebben shocktherapie nodig om mensen wakker te schudden want nu gaat het te langzaam. Om een versnelling te bewerkstelligen, shockeert Extinction Rebellion. Dat begrijp ik wel.”
Dat klinkt nogal activistisch. Wat betekent uw visie voor Omring? “Het is een overtuiging, geen ideologie, we leggen niemand iets op. Het betekent dat we een maatschappelijk verantwoorde onderneming (MVO) zijn die duurzaamheidgedreven zorg levert, zonder het administratieve circus te vergroten. Steeds meer medewerkers vragen ernaar. Een gezonde, prettige werkomgeving is een magneet die arbeidskrapte en verzuim kan terugdringen. Nu vragen ze nog of je duurzaam werkt, binnenkort zullen ze het eisen. Alle signalen wijzen daarop. Ook stakeholders, zoals verzekeraars en banken, gaan dat doen. De inspectie zal gaan handhaven. Een andere belangrijke reden om aan duurzaamheid te doen is vanuit intergenerationele solidariteit. Jongeren betalen nu premie voor ouderenzorg. Dan vind ik dat we ons ook druk moeten maken over de vraagstukken die voor hen relevant zijn.”
‘Iedereen is heel bereid om zich in duurzaamheid te verdiepen en dingen anders te doen’
Hoe trof u Omring aan toen u begon en wat bent u gaan doen? “Er gebeurde zeker niet niks, maar het beleid was gefragmenteerd en er was geen uitvoeringsagenda. Wel stond iedereen ervoor open. Duurzaamheid is niet dingen minder maar vooral bewuster doen. Daar begint het mee. We zijn naar aangrijpingspunten gaan kijken om beleid op te maken. Zo liep er net een gunning voor bedrijfskleding. Hoe duurzaam is de katoen, vroeg ik de leverancier, hoe is het geproduceerd en onder welke arbeidsomstandigheden? De directeur Vastgoed heeft het thema in zijn portefeuille en hij heeft een MVO-manager aangesteld die het brede beleid voorbereid en helpt invoeren. Zij zit bijvoorbeeld bij veel inkoopgesprekken. Ineens gaat het dus niet alleen over kwaliteit en betaalbaarheid maar ook over de duurzaamheid van een product. Met de groothandel praten we over de voedselketen en het voedselbestelsysteem, over hoe we persoonsgerichte porties kunnen aanbieden en inmiddels lopen er op twee locaties pilots om de voedselverspilling terug te dringen. Met onze afvalverwerker praten we over de minimalisering van afvalverbranding en hoe ze hun hergebruik-afvalstraten inrichten. Iedereen is heel bereid om zich erin te verdiepen en dingen anders te doen. Het is een ontdekkingsreis die we samen ondernemen.”
Hoe krijgt u de medewerkers hierin mee? “Door het belangrijk te maken en te starten met kleine dingen. Er zijn altijd wel mensen binnen de organisatie die aanslaan op het onderwerp en zelf al iets ondernemen op dat vlak. Zij zijn de aanjagers en ambassadeurs. We hebben Green Teams opgericht die we faciliteren als ze met een goed idee komen. Al eerder zette Urgenda een wedstrijd uit onder verpleeghuizen om energie te besparen, ‘de energie-strijd’. Dat hebben we eind vorig jaar herhaald. De energiebesparing was al gauw 30 procent en de locaties geven elkaar tips. Het zijn vaak de simpele dingen die helpen.”
Wat betekent duurzaamheid voor medewerkers? “Duurzaamheid gaat ook over diversiteit en inclusiviteit. We hadden al wel wat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, maar die ambitie hebben we nu ook in het beleid opgenomen. Verder hebben we een vitaliteitsprogramma gebaseerd op positieve gezondheid. Eén keer per twee jaar krijgen medewerkers een vitaliteitscheck en desgewenst begeleiding van een coach. In coronatijd hebben we MOOZ opgericht, een programma dat medewerkers actief uitnodigt om mentale ondersteuning te vragen als ze dat nodig hebben. MOOZ is nu een begrip.”
Hoe staan de verpleeghuisbewoners hier tegenover? Gaan die nu vegetarisch eten? “Mensen hoeven niet bang te zijn dat ze geen gehaktbal meer krijgen. Maar net zoals met het roken, wat in verpleeghuizen verboden gaat worden, werken we aan bewustwording. We kunnen natuurlijk niet tegen bewoners zeggen dat ze langer leven door minder vlees te eten. Maar wel: er is een hoger doel en dat is dat we de aarde een beetje netjes houden. Dat wordt wel begrepen. In de cliëntenraad hadden we een bewoner, de dochter van een slager, die het maar gekkigheid vond dat ze een van de zeven dagen vegetarisch kreeg. Ze regelde het vervolgens zelf met de kok dat ze ook de zevende dag een stukje vlees krijgt. Dat moet kunnen, net zoals er bewoners zijn die helemaal geen vlees willen eten. Dat kan ook.”
‘De duurzame keuze wordt niet gesteund door overheidsbeleid’
Eten ze dan wel biologisch vlees? “Dat is wel het plan in het nieuwe groene verpleeghuis op Texel, omdat we daar afspraken maken met lokale boeren. Maar in het budget zit maar 6,64 euro voor al het eten en drinken op een dag voor een persoon, en daar kwamen we vorig jaar al niet mee uit. Dat is een breder vraagstuk dat wij helaas niet alleen kunnen oplossen: de duurzame keuze wordt niet gesteund door overheidsbeleid.”
Waar liggen de grootste uitdagingen in duurzaamheid in de ouderenzorg? “Allereerst in het vastgoed. Cement is de grootste CO2-uitstoter en heeft een heleboel schadelijke effecten. Vervolgens in het gebruik van het vastgoed. Denk aan de energierekening. Een ander probleem is incontinentiemateriaal. In plaats van verbranden zou het beter zijn als we onderdelen daarvan hergebruiken. We zijn nog een economie van afval weggooien, maar ik geloof erg in circulaire oplossingen. Met circulair bouwen, zoals we dat nu op Texel gaan doen, maak je een gebouw gezonder omdat je zoveel mogelijk natuurproducten gebruikt en er een minimum aan afval is als het gebouw ‘op’ is. Op Texel gaan we schapenwol als isolatiemateriaal gebruiken, wat veel duurzamer is dan glaswol, dat van olie is gemaakt. Het isoleert niet alleen, het ventileert ook. Circulair bouwen heeft ook een ander groot voordeel. Meestal is de restwaarde van een gebouw negatief. Je schrijft het af naar nul, en slopen kost geld. Met circulair bouwen, waarbij je materiaal hergebruikt, heeft het gebouw een positieve restwaarde.”
Ben je met verduurzamen niet altijd duurder uit? “Verduurzamen betekent vaak dat je vooral investeert in het begin, maar dat je het vervolgens terugverdient. We verwachten op Texel lagere exploitatiekosten door onder meer minder energiekosten, gezondere gebouwen en dus een lager verzuim, groter aanbod van personeel, daardoor minder kosten aan recruitment en uitzendkrachten en minder risico op leegstand, omdat het gebouw aantrekkelijk is.”
Wat raadt u collega-bestuurders aan als ze met duurzaamheid willen beginnen? “Begin klein maar met een verhaal. Zeg gewoon: wij willen een organisatie zijn dat afval minimaliseert of energie bespaart. Denk erover na waar je je prioriteiten legt. Bouw het langzaam op. Als je klein begint, wordt het een ontdekkingstocht. Heb ook doorzettingsvermogen. Er zijn snelle resultaten, energie besparen is zo gedaan, maar dan ben je er nog niet. Maak duurzaamheid chefsache en vertel waarom je het doet. Speel met het thema. Er zijn altijd medewerkers die dat oppakken. We hebben in de Pride week naast ons groene logo een logo in een regenboogkader gepresenteerd. In onze interne nieuwsbrief zie ik een foto staan van een medewerker die op die vlag ligt omdat hij zich nu nog meer thuis voelt bij Omring. Dat is een energieontsluiter. Sluit je aan bij mensen in je sector en ook buiten de zorg die al langer met duurzaamheid bezig zijn, ga er op bezoek en laat je inspireren. Dan komt later iemand bij jou op bezoek en verspreidt het zich als een olievlek. Dat is de versnelling die we hard nodig hebben.”
Het Groene Verpleeghuis op Texel
In 2021 kreeg het Groene Verpleeghuis de VWS-prijs voor het meest duurzame zorgidee en in de zomer van 2024 zal op Texel het eerste groene verpleeghuis worden geopend. De overeenkomst met een consortium van een negental bouwpartners werd gepresenteerd op de dag dat de Green Deal 3.0 werd getekend. Het verpleeghuis wordt circulair gebouwd op de plek van een leegstaande school waarvan de materialen worden hergebruikt aangevuld met natuurlijke materialen zoals zand, hout, leem en schapenwol. Het gebouw, dat 53 appartementen gaat tellen, staat in het teken van positieve gezondheid van bewoners en medewerkers. Zo zal er een binnenklimaat zijn met veel daglicht dat uitnodigt te bewegen. Het energieverbruik wordt zo laag mogelijk gehouden en er wordt geen fossiele brandstof gebruikt. Ook wil Omring op de lange termijn lokale producten afnemen mits ze duurzaam tot stand zijn gekomen. Dat betekent voor toeleverende boeren dat zij natuurinclusieve landbouwbedrijven.
Biografie
Frido Kraanen is sinds 2019 bestuurder bij Omring. Daarvoor werkte hij ruim tien jaar bij PGGM, op het laatst was hij daar verantwoordelijk voor de portefeuille zorg en duurzaamheid. Op het gebied van duurzaamheid heeft hij onder meer de internationale werkgroep rond financiering van een circulaire economie voorgezeten.
Kraanen is auteur van Money makes the world go round, does it make the economy circular as well… en hij was lid van de expertgroep duurzaamheid van de Europese Commissie. Van 1998 tot en met 2008 werkte hij bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, laatst als plaatsvervangend directeur MEVA (macro-economische vraagstukken en arbeidsvoorwaardenbeleid). In dat verband was hij de Nederlandse afgevaardigde in de Health Committee van de OECD. Vanaf 1993 heeft hij bij het Ministerie van VROM gewerkt, waaronder bij de afdeling Huursubsidie.
Kraanen studeerde Bedrijfskunde in Rotterdam. Hij is getrouwd, woont in Zoetermeer en heeft drie dochters.
VanNeynsel
En gelijk heeft ie! Dit is te lezen als een pamflet over het nù willen maken van duurzame keuzes door zorgorganisaties (moreel en bedrijfsmatig)
Marcel van Woensel
RvB Van Neynsel, portefeuillehouder Duurzaam Actiz
mr
‘Shocktherapie nodig’ zegt Frido. Interessant. Ik raad hem het boek Shock Doctrine aan van Naomi Klein waarin oorlogen en natuurrampen worden gebruikt voor een ‘corporate take-over’. En vraag je na het lezen van dit boek af of je onderdeel bent van de shock of er aan te prooi bent gevallen. ‘Duurzaamheid’ is in dit opzicht niets meer dan privaat gewin op publieke kosten. En ja, dat is ideologisch.
407465
Gelezen, mr. En ook vanuit dit perspectief niet met je eens: ‘duurzaamheid’ gaat geenszins over welke corporate take-over dan ook. Het gaat over balans tussen vandaag en morgen, inclusiefste besef dat je acties van vandaag impact hebben op morgen en dat je daar rekenschap over afleggen en naar moet handelen.
Overigens betoogde Naomi Klein vooral dat corporates een middel waren om een rechtse ideologie via “shock” (staatsgrepen door in Harvard-universiteit opgeleide Midden- en Zuid-Amerikanen, met steun van de CIA) te bewerkstelligen…
mr
De acties van Frido kan ik alleen maar prijzen. Verdient navolging. Maar roepen om een ‘shocktherapie’ roept bij mij de verkeerde associaties op. Namelijk die van ‘public private partnerships’ waarbij multinationals miljarden aan ‘investeringssubsidies’ krijgen en publieke functies worden uitgehold. Allemaal voor de goede zaak natuurlijk, want ‘crisis’. Wat dacht u van 750 miljard euro aan Europese ‘corona herstelfondsen’? ‘Carbon credits’ en CO2-certificaten zijn het antwoord op de volgende ‘shock’. Be careful what you wish for.