Dat staat in de voortgangsrapportage ‘Een thuis voor iedereen’, die minister Hugo de Jonge voor Volkshuisvestiging en Ruimtelijke Ordening vandaag naar de Tweede Kamer stuurde. Het programma Een thuis voor iedereen is een gezamenlijk programma van vijf ministeries (BZK, VWS, JenV, SZW en OCW), VNG, Aedes en het Interprovinciaal Overleg (IPO).
40.000 meer woningen
Tot en met 2030 zijn er ruim 900.000 extra woningen in Nederland nodig. In de laatst gesloten woondeals zijn ruim 290.000 woningen voor de sociale huur gereserveerd. Dat zijn er 40.000 meer dan beoogd.
“Juist mensen die extra zorg en aandacht nodig hebben of mensen met specifieke woonbehoeften, kunnen moeilijk woonruimte vinden. Daarom hebben we in de woondeals kunnen afspreken dat er meer sociale huurwoningen nodig zijn”, laat minister Hugo de Jonge weten.
Op basis van deze afspraken kunnen overheden, corporaties en zorgorganisaties samen aan de slag met de huisvesting van mensen die dringend behoefte hebben aan op zorg en begeleiding aangepaste woonvormen.
In het wetsvoorstel versterking regie op de volkshuisvesting worden de maatregelen en doelen uit het programma Een thuis voor iedereen opgenomen. De wet moet ingaan in 2024.
Meer ondersteuning
Om gemeenten, provincies, woningcorporaties, zorg- en maatschappelijke organisaties te ondersteunen, biedt het programma ‘Een Thuis voor iedereen’ hulp. Op dit moment wordt er gewerkt aan een centraal loket waar men terecht kan met vragen over aandachtsgroepen en ouderen.
Vorig jaar is er al een online kennis- en expertisecentrum gestart met onder meer belangrijke informatie over wet- en regelgeving, financiële regelingen, praktische handreikingen en praktijkvoorbeelden.