Branchevereniging ActiZ is blij dat het kabinet afziet van verdere bezuinigingen op de verpleeghuiszorg. ActiZ spreekt van een eerste stap in de goede richting, maar pleit ook voor investeringen in met name personeel.
“ActiZ is blij dat het kabinet met haar begroting een voorzichtig keerpunt laat zien op het gebied van de ouderenzorg”, zegt algemeen directeur Jan de Vries. ActiZ heeft in het voorjaar met veel andere partijen gepleit voor het schrappen van de geplande bezuiniging op de langdurige zorg van 500 miljoen euro vanaf 2017. De kwaliteit en toegankelijkheid van de verpleeghuiszorg zou daarmee te veel onder druk komen te staan en niet meer overal gegarandeerd kunnen worden.
Meerzorg
Het schrappen van deze extra bezuiniging is een eerste stap in de goede richting, maar het is nog niet voldoende, vindt ActiZ. De gemiddelde zorgzwaarte in het verpleeghuis neemt toe. Ook de zorg thuis wordt complexer. De huidige tarieven zouden dan ook mee moeten groeien om deze ‘meerzorg’ te kunnen leveren met voldoende en voldoende gekwalificeerd personeel. Hoger opgeleid personeel is duurder en vraagt ook om hogere tarieven. ActiZ pleit daarom voor een herijking van de huidige zorgzwaartepakketten en de daarbij behorende tarieven.
ActiZ vindt dat het kabinet zorgorganisaties de ruimte moet geven om zelf, in overleg met hun medewerkers en cliënten, het zorgaanbod en het daarvoor benodigde personeel te bepalen. Daarvoor zijn toereikende, integrale budgetten nodig. Dit betekent dat losse potjes en tijdelijke subsidies voor opleiding met eigen regels en eisen afgeschaft moeten worden. Ook zouden zorgverzekeraars en andere zorginkopers niet langer meer separate kwaliteits- en opleidingseisen meer mogen stellen.