De NVZ-leden hebben vanmiddag het onderhandelingsresultaat goedgekeurd. De NFU-leden van de umc’s deden dit donderdag. De drie partijen onderhandelen al sinds april over een coronaregeling, waarbij twee deadlines niet werden gehaald.
Hardheidsclausule
De coronaregeling bestaat uit drie onderdelen: het vaststellen van een aanneemsom voor 2020 per zorgverzekeraar per ziekenhuis, het vaststellen van de minder- en minderkosten per instelling en een hardheidsclausule voor het geval een ziekenhuis in de rode cijfers komt. In dat geval wordt er met de zorgverzekeraars, banken en het ministerie van VWS gekeken waar het probleem zit en hoe het opgelost moet worden.
De NVZ schrijft in een brief aan haar leden dat ze tevreden is over het onderhandelingsresultaat: “De regeling biedt ziekenhuizen aanzienlijke waarborgen de gemaakte en doorlopende kosten voor zorg geleverd onder de Zorgverzekeringswet en de Aanvullende Verzekering gedekt te krijgen. Belangrijk element daarbij is het omzetten van de contractafspraken van 2020 naar een vaste aanneemsom. Productieverlies wordt daardoor grotendeels opgevangen.”
Normatieve benadering
Om de administratieve lasten van de regeling te beperken, hanteren de zorgverzekeraars een normatieve benadering voor de bepaling van de minder- en meerkosten door corona. Aan de meerkosten is – na zeer intensieve onderhandelingen – een processtap toegevoegd: “Als een ziekenhuis aantoonbaar hogere COVID-19-meerkosten heeft dan de normatieve regeling vergoedt, is er een hardheidsclausule toegevoegd. Om te voorkomen dat een ziekenhuis in de rode cijfers komt.” Omgekeerd geldt hetzelfde: als zorgverzekeraars menen dat een bovenmatig positief resultaat het gevolg is van een sterke overcompensatie van COVID-effecten op ZVW- en AV-opbrengsten.
Voor de hardheidsclausule heeft de NVZ een ‘Elandproef’ gemaakt, waarbij de regeling voor acht ziekenhuizen is doorgerekend. Gekozen is voor een representatieve selectie van ziekenhuizen: Antonius Zorggroep, ETZ, Flevoziekenhuis, Isala, Rijnstate, Spaarne Gasthuis, Tergooi en Zuyderland.
Rendement hetzelfde
De onderhandelaars van de NVZ zijn de besprekingen ingegaan om onder meer het rendement op ongeveer hetzelfde niveau te houden als vorig jaar, dus zonder grote effecten van de COVID-crisis op hun resultaat. Met VWS is afgesproken dat ziekenhuizen de inzet van de KIPZ-subsidie zo goed als mogelijk verantwoorden en dat er geen terugvordering over 2020 zal plaatsvinden.
Extra COVID-kosten
Zorgverzekeraars vergoeden de extra kosten door COVID-19 op basis twee stappen. Voor alle ziekenhuizen is een vast percentage voor de vergoeding van de extra kosten door COVID-19. Daarbovenop krijgen ze een extra vergoeding op basis van het aantal ic-dagen en verpleegdagen van COVID-patiënten. Als aan het einde van het jaar blijkt dat de meerkosten hiermee onvoldoende zijn gecompenseerd, gaan ziekenhuizen en zorgverzekeraars in gesprek over een extra vergoeding.
Voor de inkomstenderving die betrekking heeft op het leveren van zorg aan patiënten, waarvan de financiering niet via zorgverzekeraars loopt maar via overheden of door overheden aangewezen organisaties, heeft VWS een inspanningsverplichting om met NVZ en NFU en andere partijen tot een afspraak te komen over compensatie van inkomstenderving. Dit geldt bijvoorbeeld voor zorg aan militairen, vreemdelingen, asielzoekers en gedetineerden.
Stevige basis
De regeling biedt volgens de NVZ-brief aan haar leden “een naar verhouding stevige basis om de geleden schade te kunnen compenseren. Vaststelling van de regeling biedt de ziekenhuizen een nieuw financieel kompas om voor de tweede helft van dit jaar hun plan te trekken en daar ook in financiële zin op te sturen.”
Geen van de partijen kan nog reageren op het corona-akkoord, maar gisteren liet Jorrit Wigchert, voorzitter van de vereniging voor financials in de zorg Fizi, in een gesprek met De Telegraaf weten dat de corona-compensatie die ZN tot voor kort bood onvoldoende was: “Gelukkig lijken zorgverzekeraars nu het belang van patiënten en zorgaanbieders meer voorop te zetten.”
zorg
Op termijn mede mogelijk gemaakt door de premie betalers en het nog meer uitkleden van het basispakket , opdrijven van premie druk en eigen risico voor 2021, 22,
23. Met dank aan de WHO de pandemie die geen pandemie was maar een epidemie , het RIVM en dit kabinet.