Eén van de problemen met regionale netwerken is dat veel mensen denken dat deze zichzelf wel organiseren. Bremekamp: “Dat is helaas niet waar, hebben we in veel opdrachten gezien. Er is richting nodig en sturing. De uitdaging is om het netwerk zo organiseren dat de deelnemende partijen allemaal tot hun recht komen. Dat is een van de thema’s die ik tijdens het Skipr congres Van Ketenzorg Naar Netwerkzorg zal behandelen.”
Het punt is dat regionale netwerken allerlei vormen kunnen aannemen. “Dat is op zich geen enkel bezwaar, maar de deelnemers moeten het er wel over eens zijn welke vorm ze kiezen. Wat je ook kiest, zorg dat je een gemeenschappelijk beeld hebt wat je onder netwerk verstaat. Er moet geen spraakverwarring zijn.”
Netwerk Twente beter
Een praktijkvoorbeeld is te vinden bij het netwerk Twente Beter, waar Common Eye helpt bij het bouwen van een regionaal netwerk. “Zorgaanbieders, verzekeraars overheidsorganisaties en burgers brengen zorg en welzijn in de regio op een hoger plan”, vertelt Jolijn Uittenbogaard. “Op die ambitie vonden de partijen elkaar. De uitdaging was natuurlijk: hoe gaan we die ambities realiseren?”
Basiskeuzes
Bij de inrichting van een netwerk zijn er twee basiskeuzes te maken: focussen op een formele manier van samenwerken of juist een meer informele, en uitgaan van een brede visie of een strak uitgewerkt actieplan. Deze keuzes bepalen bijvoorbeeld hoeveel autonomie je opgeeft in een netwerk. Bremekamp: “Nauw samenwerken levert veel op, daar doe je het voor. Maar je levert ook iets in, en dat is een deel van je autonomie. De vraag is hoe ver je daarin wilt gaan.”
Uittenbogaard: “Je kunt er bijvoorbeeld als zorginstelling voor kiezen om een flexpool te ontwikkelen met zorgmedewerkers die regiobreed worden ingezet. Dat heeft als voordeel dat er veel mensen beschikbaar zijn maar als consequentie dat je niet meer in je eentje over hen beschikt. Je kunt er ook voor kiezen om gezamenlijk te werven. Dat is minder vergaand. Wat je kiest maakt niet uit, als alle partijen er maar een goed gevoel over hebben en als het maar past in wat hen voor ogen staat.”
Visie of actieplan?
Ditzelfde geldt voor de vraag hoe specifiek de doelen zijn die je wilt bereiken. Bremekamp: “Je kunt een gezamenlijke visie hebben, de spreekwoordelijke stip aan de horizon, of een gedetailleerd actieplan waarin alle doelstellingen en afspraken precies zijn vastgelegd. Ook hier: het een is niet beter dan het ander. Het gaat erom dat je een gesprek voert met elkaar en dat er vertrouwen is dat alle partijen in het netwerk kunnen acteren op een manier die bij hen past. Dat gesprek, daar staat of valt het mee. En dat kan, hebben we door corona geleerd, ook digitaal plaatsvinden.”
Het maakt dus niet zoveel uit welke netwerkvorm je kiest, als de vorm maar past bij je ambities en je het gezamenlijk en weloverwogen doet. “Elk samenwerkingsverband is anders, alle deelnemende organisaties zijn anders. Soms kun je grote doelen bereiken, soms is het beter kleine stappen te zetten. Goed overleggen, afstemmen en elkaar de ruimte geven, dat is de kern.”
Het organiseren van zorg over de schotten heen is uitdagend. Wat komt er in de praktijk kijken bij netwerkzorg? Hoe pakt u het organisatorisch aan? Wat zijn de succesfactoren? Tijdens het Skipr congres Van Ketenzorg Naar Netwerkzorg krijgt u van Robin Bremekamp van adviesbureau Common Eye alle ins & outs te horen.