Ze hebben ontdekt dat bij patiënten met zogeheten frontotemporale dementie (FTD) afwijkingen in het netvlies van de ogen optreden. Dat verband brengt een vroegere diagnose een stap dichterbij.
Specifiek eiwit
De wetenschappers deden hun ontdekking door onderzoek naar de ogen van meer dan honderd mensen die waren overleden aan hersenaandoeningen. FTD kan tot nog toe alleen na het overlijden met zekerheid worden vastgesteld, door te testen of zich in de hersenen van de patiënt een specifiek eiwit bevindt.
Als op basis van de nieuwe inzichten de diagnose kan worden gesteld door de ogen te scannen, zou het volgens de onderzoekers zelfs mogelijk moeten zijn om dementie al jaren voordat iemand last krijgt van klachten op te sporen.
Opent deuren
“Dit helpt niet alleen patiënten zich beter voor te bereiden op de toekomst, maar het opent ook deuren voor vroegtijdige deelname aan wetenschappelijk onderzoek naar nieuwe behandelingen en geneesmiddelen voor dementie”, stelt onderzoeker Frederique Hart de Ruijter in een verklaring. Haar onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Acta Neuropathologica.
Frontotemporale dementie (FTD) is een vorm van dementie die voortkomt uit hersenschade en vaak op relatief jonge leeftijd al begint, meestal tussen de 40 en 60 jaar. Volgens Alzheimer Nederland is het na alzheimer de vaakst voorkomende soort dementie op jongere leeftijd. (ANP)