Veel onderzoekers aan Nederlandse universiteiten en umc’s gaan regelmatig slordig te werk in hun onderzoek. Het Amsterdam UMC meldt op basis van een enquête onder 6813 onderzoekers dat de helft aangeeft vaak slordig te werk te gaan.
Bedenkelijke praktijken
Onderzoekers van veertien universiteiten en acht universitaire medische centra kregen tussen oktober en november 2020 een anonieme enquête toegestuurd van de National Survey on Research Integrity (NSRI). Dat ging over onderwerpen die wetenschappelijke integriteit kunnen bevorderen of belemmeren.
“Het gaat om bedenkelijke onderzoekspraktijken. Ze melden bijvoorbeeld negatieve resultaten niet, trekken te sterke conclusies of beschrijven de zwakke punten van de studie onvoldoende”, stelt hoofdonderzoeker Gowri Gopalakrishna van het Amsterdam UMC.
Wangedrag en publicatiedruk
Ook wetenschappelijk wangedrag komt voor. Zo zegt een op de twaalf academische onderzoekers de afgelopen drie jaar onderzoek vervalst te hebben of gegevens te hebben verzonnen, aldus het universitaire ziekenhuis.
Het onderzoek werd gedaan omdat Gopalakrishna en haar collega’s ontdekten dat sterke onderlinge competitie en druk om te publiceren de kans vergroten dat wetenschappers slordig werken of de wetenschappelijke integriteit schenden.
Amsterdam UMC deed het onderzoek samen met de Vrije Universiteit Amsterdam. De resultaten van het onderzoek zijn donderdag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLoS One.
Koepelorganisatie reageert
Koepelorganisatie Universiteiten van Nederland zegt de signalen van het onderzoek “heel serieus” te nemen. “Wetenschappelijke integriteit is een belangrijke voorwaarde voor het doen van kwalitatief hoogstaand onderzoek. De universiteiten werken aan de aanpak van de oorzaken die onderzoekers noemen zoals de publicatiedruk”, zegt een woordvoerder van de organisatie. Universiteiten zouden minder willen gaan kijken naar bijvoorbeeld hoeveel publicaties wetenschappers hebben en meer naar de kwaliteit van onderzoeken.