Chirurg in opleiding Frederike Haverkamp onderzocht aan het Radboudumc hoe humanitaire en militair chirurgische teams zijn voorbereid op hun taak in een conflictgebied. Ze deed vragenlijstonderzoek onder zorgverleners die zijn uitgezonden namens het Ministerie van Defensie (Nederland, Denemarken en Finland) en het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC). Hoewel de teams zich over het algemeen voldoende klaar voelen voor een uitzending, brengt haar promotieonderzoek verschillende uitdagingen en verbeteringen in kaart.
Klinisch relevante werkervaring
Kinderen vormen een aanzienlijk deel van de patiënten in conflictgebieden. Haverkamp bracht de letsels van bijna 6000 kinderslachtoffers in zeven gebieden in kaart. Die letsels, zoals verwondingen door explosies, komen in Nederland weinig voor. Haverkamp: “Gelukkig, maar hierdoor is klinisch relevante werkervaring een grote uitdaging. Teams doen relatief weinig ervaring op met deze ernstige letsels, al helemaal bij kinderen. Ook tijdens uitzendingen zien de teams soms weinig patiënten.”
Daarom verwacht Haverkamp veel van internationale samenwerkingen met ziekenhuizen die op grotere schaal patiënten behandelen met vergelijkbare letsels. “Het Ministerie van Defensie is een dergelijke samenwerking gestart met een ziekenhuis in Zuid-Afrika. Bij het ICRC gaan zorgverleners bij een eerste missie vaak boventallig mee, zodat ze onder supervisie ervaring kunnen opdoen.”
Superspecialisatie versus algemene vaardigheden
De bevraagde teams hebben behoefte aan aanvullende voorbereiding op een breed scala aan chirurgische vaardigheden. Haverkamp: “Dit verbaasde ons niet. In vredesgebied zien we de trend van superspecialisatie onder medisch specialisten. Op uitzending daarentegen zijn de teams kleiner, terwijl zij wel levensreddende handelingen moeten verrichten binnen verschillende vakgebieden.” Specialisten behouden deze algemeen chirurgische vaardigheden mogelijk beter met meer klinisch relevante werkervaring.
Opvallend was dat medisch specialisten zich beter voorbereid voelen op een uitzending dan operatieassistenten en verpleegkundigen. “Investeer daarom in training voor het hele team voorafgaand aan een uitzending, met aandacht voor zowel de technische als niet-technische vaardigheden”, adviseert Haverkamp. Dit is echter lastig te realiseren, zeker bij organisaties die zorgverleners vanuit de hele wereld uitzenden zoals het ICRC, omdat deze teams bestaan uit zorgverleners met verschillende nationaliteiten.
Goede zorg als recht
Dit onderzoek levert een bijdrage aan de professionalisering en standaardisering van zorg in conflictgebieden. Haverkamp: “Ik hoop dat we als volgende stap meer werkervaring kunnen realiseren en meer gestandaardiseerde trainingen kunnen opzetten.” Ze werd gegrepen door deze zorg toen ze werkte in Nepal en Suriname. “Vooral in Nepal zag ik zag hoe wisselend de kwaliteit van de zorg is, terwijl iedereen recht heeft op zorg van internationale professionele standaarden. Dat geldt zeker voor kwetsbare patiëntengroepen in conflictgebieden.”