Ziektekostenverzekeraars moeten niet één, maar vier of vijf medicijnen als preferent middel aanwijzen voor de patiënt. De apothekersorganisatie KNMP, de huisartsenvereniging LHV en de ouderenorganisaties KBO-PCOB pleiten daarom voor een doorontwikkeling van het preferentiebeleid.
Deze drie partijen bieden vandaag een petitie aan bij de vaste Kamercommissie voor VWS. De petitie heeft de steun van het Longfonds, de Hart & Vaatgroep, het Reumafonds, de Nierpatiënten Vereniging Nederland, de Oogvereniging, de Hypofyse-Stichting en de Schildklier Organisatie Nederland.
De betrokken partijen vragen aandacht voor de patiënten die veelvuldig moeten wisselen tussen generieke geneesmiddelen met eenzelfde werkzame stof. Dit ondermijnt volgens hen de therapietrouw en maakt patiënten ongerust. Uit cijfers van de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK) blijkt dat binnen het preferentiebeleid twee keer vaker wordt gewisseld. De wisselingen kosten de apothekers en huisartsen “onevenredig veel tijd”, die volgens hen beter aan daadwerkelijke zorg besteed kan worden. Bovendien werkt het stringente preferentiebeleid beschikbaarheidsproblemen in de hand.
Contractering
De brancheorganisaties stellen voor om twee jaar na patentverloop een ruimhartiger preferentiebeleid te voeren. Apothekers stellen daar tegenover dat ook zij dan aanspreekbaar zijn op het onnodig wisselen van medicatie. Dit is toetsbaar door de zorgverzekeraars en kan door hen worden meegenomen bij de kwaliteitseisen in de contractering.