Den Haag, 8 januari 2018 - Portret Minister Bruno Bruins voor Medische Zorg en Sport Foto: Ministerie van VWS/ Phil Nijhuis
“Ik vind het onbestaanbaar dat we, in een tijd dat we over de hele wereld met elkaar kunnen facetimen, in de zorg nog faxen versturen. Digitaal moet het nieuwe normaal worden. En zo snel mogelijk!”, stelt Bruins. “Met deze 75 miljoen subsidie wil ik mogelijk maken dat de patiënt de regie krijgt over zijn of haar eigen medische gegevens. Met digitale gegevensuitwisseling kunnen bovendien vermijdbare fouten worden voorkomen en houden artsen meer tijd over omdat ze geen gegevens hoeven over te typen.”
Vertraging
De omslag naar digitale zorg heeft in Nederland veel voeten in aarde. Vorige week kwamen in de media signalen naar buiten dat zorgaanbieders de invoeringsdeadline voor digitale inzage in persoonlijke medische dossiers niet gaan halen. In 2016 legde het parlement bij wet vast dat burgers op uiterlijk 1 juli 2020 digitaal inzage moeten hebben in hun medische dossier. De vertraging wordt mede veroorzaakt door de gebrekkige compatibiliteit van de verschillende digitale systemen die zorgaanbieders gebruiken. De Patiëntenfederatie Nederland liet zich bij monde van manager digitale zorg Marcel Heldoorn kritisch uit over de vertraging. “De invoeringsdatum van deze wet is al meer dan drie jaar bekend”, aldus Heldoorn tegenover BNR. “De vertraging hadden ze eerder kunnen zien aankomen.”
Wet
Ook Bruins lijkt haast te willen maken. Na eerder al oproepen in die richting gedaan te hebben, laat de minister nu weten nog dit jaar met een wetsvoorstel te komen op grond waarvan ziekenhuizen wettelijk verplicht worden digitaal gegevens uit te wisselen. Ziekenhuizen en klinieken krijgen 75 miljoen euro om snel aan de wettelijke verplichting te kunnen voldoen.
VIPP
Het geld maakt deel uit van het budget voor het Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt & Professional (VIPP). In totaal heeft het kabinet 400 miljoen euro beschikbaar gesteld, waarvan er 75 miljoen subsidie direct beschikbaar komt voor instellingen voor medisch specialistische zorg. Het VIPP is nu aan zijn vijfde tranche bezig. De Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ), de Nederlandse Federatie Universitair Medische Centra (NFU) en de Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN) voeren het VIPP uit.
Veilig
Ondanks de haast die Bruins heeft wil hij wel dat de gegevensuitwisseling veilig gebeurt. De persoonlijke gezondheidsomgeving waar de ziekenhuizen en andere medisch specialistische zorgorganisaties gegevens mee gaan delen moeten daarom voldoen aan de veiligheidseisen van het MedMij-afsprakenstelsel. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport laat door ICT-specialisten controleren of de gegevensuitwisseling tussen instellingen daadwerkelijk digitaal gebeurt.
medischebibliotheek
In Nederland kiezen we tot nog toe voor de route van standaardisering van data, en uitwisseling van gestandaardiseerde data tussen applicaties. Het lijkt me de hoogste tijd om daarnaast ook te kijken naar standaardisatie van applicaties. Één dossier voor de regio. Daarmee is veel meer functionaliteit mogelijk, één portaal voor patiënten, minder administratie. In het buitenland wordt deze aanpak ook gevolgd.
wijnand van den van den berg
Wel handig als huisarts kun je dan gewoon aan de patiënt vragen om inzage in gegevens uit het ziekenhuis dan hoeft er nog minder gefaxt te worden:)