De coronacrisis maakt duidelijk hoe afhankelijk de EU is van het buitenland. “De pandemie onderstreept het vitale belang van een sterker gezondheidsstelsel in de EU”, aldus Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen, zelf arts.
Het dagelijks EU-bestuur treft de komende drie jaar wetgevende en andere maatregelen die enerzijds op de beschikbaarheid van medicijnen voor alle patiënten in de EU is gericht, en anderzijds op het steunen van de Europese farmaceutische industrie. De rol van het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) in Amsterdam wordt daarbij versterkt. Daarnaast moet er een mechanisme of autoriteit komen dat in actie komt bij nieuwe gezondheidscrises in de EU.
Eurocommissaris Stella Kyriakides (Volksgezondheid) wil zich ook gaan inspannen voor toegang tot medicijnen en behandelingen voor patiënten, waaronder veel kinderen, met zeldzame ziekten zoals bepaalde kankers. Volgens haar heeft 95 procent van patiënten met zelden voorkomende ziekten geen zicht op herstel of verbetering, doordat de geneesmiddelen of behandelingen niet beschikbaar of te duur zijn. “Wat heeft innovatie voor zin als die onbetaalbaar is voor de patiënt?” vraagt ze zich af.
Europarlementariër Kim van Sparrentak (GroenLinks) is blij dat de lessen van de coronacrisis zijn meegenomen in de voorstellen. “De afhankelijkheid van landen als India en China werd het afgelopen jaar sterker voelbaar. Het is daarom goed dat de EU inzet op meer onafhankelijkheid en betere Europese samenwerking om een eventuele volgende crisis beter te bestrijden.” Maar ze vindt dat de commissie sneller moet beginnen met het aanpakken van excessieve prijzen van geneesmiddelen.
De commissie is zich sinds de uitbraak van de coronacrisis steeds meer gaan bezighouden met de gezondheidszorg in de EU, een bevoegdheid voor de lidstaten. Zo onderhandelt ze met farmaceutische bedrijven over de aankoop van coronavaccins. Als die zijn goedgekeurd door de EMA kunnen de EU-landen de vaccins volgens een bepaalde verdeelsleutel aanschaffen. (ANP)