Het budget voor de wijkverpleging gaat in de plannen structureel met 600 miljoen euro naar beneden, dat voor de huisartsenzorg met 80 miljoen. Maar voor de komende jaren komt er juist weer geld bij, zo valt te lezen in de nieuwe versie van het akkoord. V&VN laat weten daar tevreden over te zijn. “Er was eerst alleen sprake van een bijstelling van het budget, maar nu is de intentie uitgesproken om er elk jaar geld bij te doen.” De Landelijke Huisartsen Vereniging wil niet reageren op de uitgelekte plannen. De vereniging heeft de nieuwe versie van het akkoord voorgelegd aan haar leden.
Negatief
De algemene boodschap van het conceptakkoord is overwegend negatief. Zorgpersoneel staat onder druk, de vraag stijgt in alle sectoren sneller dan het aanbod. De zorg is niet altijd in gelijke mate toegankelijk voor iedereen en de kwaliteit ervan loopt in Nederland op bepaalde vlakken achter bij die in ons omringende landen. Daarnaast dreigen de zorgkosten in de komende decennia zo sterk te stijgen dat het aandeel van ons gezamenlijke geld dat naar zorg moet “niet realistisch” meer te noemen is. Als er niets verandert, zou in 2040 één op de vier werknemers in de zorg moeten werken. “Dat is niet haalbaar”, aldus de nieuwe concepttekst.
Zorgclubs
De nieuwe versie van de afspraken tussen het ministerie en verschillende zorgclubs over de toekomst van de zorg legt dan ook sterk de nadruk op zelfredzaamheid. “Niet elke hulpvraag is een zorgvraag en niet bij elke zorgvraag past een medisch antwoord”, zo valt te lezen. Onder meer de wijkverpleging en de huisarts spelen volgens het akkoord een grote rol in het voorkomen van zorg.
V&VN stelt dat onder meer verpleegkundigen in de nieuwe tekst even belangrijk worden gemaakt voor de toekomst van de zorg als huisartsen en medisch specialisten. “De verpleegkundige expertise wordt nu al op de eerste pagina’s van het akkoord genoemd”, aldus een woordvoerster. “Dat is voor de beroepsgroep erg belangrijk.” Ook is de vereniging blij met de 48 miljoen euro die volgens de nieuwe versie van het akkoord beschikbaar wordt gesteld voor onder andere de ontwikkeling van verpleegkundige kennis.
Oordeel
Het akkoord is ook aan de leden van V&VN voorgelegd, evenals aan die van de branchevereniging van zorgorganisaties ActiZ. Die wil niet reageren op de uitgelekte plannen, en dat geldt ook voor Zorgverzekeraars Nederland. Het is de bedoeling dat de zorgclubs volgende week met een oordeel over het conceptakkoord komen. (ANP)
Peter Koopman
IZA-2 beperkt de curatieve Zorg tot dat deel waarvan de passendheid bewezen werkzaam is, zo klinkt het! Daarnaast blijft het primair verpleegkundig aandeel noodzakelijk en wordt nu ( naast in de Wet BIG ) blijkbaar ook in deze IZA versie prominent beschreven ( bron:VenVn ). Dat kan bijvoorbeeld navolgend verwoord zijn. Verpleegkunde omvat de “werkwoorden” observeren, participeren in de behandelingen, begeleiden, verplegen en verzorgen. Het zeer zinvol aandeel door deze beroepsgroepen is relationeel van aard en betreft naast “(geestelijke) gezondheidsvoorlichting (GVO) inzake positieve preventie opstellen en uitvoeren van een met de patiënt overeengekomen zorgovereenkomst. Hierin is plaats voor in de praktijk en door onderzoek algemeen bewezen werkzame opgaven, maar ook de meer op deze persoon afgestemde professionele steun. Immers veel is nog niet sterk bewezen of leent zich niet daarvoor ( nb.verplegingswetenschap wordt in NL pas sinds 1981 onderwezen en kent nog steeds een zeer beperkt research budget ). Terzijde: als het vertrouwen in de zinvolheid van het verpleegkundig werk groeit hoeft niet alles in de taal van buitenstaanders vertaald, cq onderzocht te worden; wantrouwen kost m.i. onnodig geld. Naast voornoemde lijken bij IZA-2 de arbeidsmarktkwesties zoals loonkloof/te lage pensioengrondslag etc. voor de verplegenden niet gerepareerd te worden. Het ontbreken van deze randvoorwaarden zal de acceptatie van IZA-2 zeer gaan beïnvloeden, ondanks de beleidsmatige erkenning in dit document van het onmisbare aandeel door de (2,6 per 100 Nederlanders) verplegenden bij de gewenste transitie van de curatieve zorg.