Het Capaciteitsorgaan houdt in zijn advies voor het eerst rekening met het feit dat steeds meer jonge dokters niet fulltime willen werken. “Het is een tendens waar we niet omheen kunnen”, zegt directeur Victor Slenter in een interview in het magazine van de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD).
In het Capaciteitsplan voor 2020-2023 adviseert het Capaciteitsorgaan 60 extra opleidingsplaatsen voor artsen in opleiding tot medisch specialist. Het adviesorgaan baseert zijn ramingen op de verachte zorgbehoefte en demografische ontwikkelingen. Volgens directeur Slenter moet er ook rekening worden gehouden met de productiviteit van specialisten, het rendement van opleidingen en de veranderende verwachtingen ten aanzien van artsen.
Werkweek van 60 uur
Nieuw in het Capaciteitsplan is dat wetenschappelijke verenigingen nadrukkelijker zijn betrokken. De verenigingen onderschrijven volgens Slenter de trend dat de nieuwe generatie medisch specialisten een goede werk-privébalans belangrijk vindt. “Niet iedere toekomstige arts heeft zin in een werkweek van meer dan 60 uur”, zegt de directeur van het Capaciteitsorgaan in het LAD Magazine. “Dat was tien jaar geleden echt nog niet aan de orde.”
Productiviteit
Het Capaciteitsorgaan signaleert verder dat de productiviteit van specialisten niet stijgt. Dat had het orgaan wel verwacht, omdat de zorg steeds efficiënter is georganiseerd en technologie een belangrijker rol speelt. “De praktijk laat echter zien dat de productiviteit licht gedaald is”, licht Slenter toe. “Dat kan allerlei oorzaken hebben. Specialisten zijn meer tijd kwijt aan multidisciplinair overleg, aan administratieve lasten, aan regelgeving op het gebied van veiligheid en wellicht speelt ook het minder werken mee.”
De 60 extra opleidingsplaatsen die het Capaciteitsorgaan adviseert, zijn bedoeld voor 15 opleidingen, waarvan de meeste naar de psychiatrie (26 plekken), interne geneeskunde (10 plekken) en spoedeisende hulp (9 plekken) gaan.