De Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018 (Wmcz2018) beoogt cliënten medezeggenschap te geven bij beslissingen die hen raken, zoals een verhuizing of huisregels.
Goede intenties
De IGJ onderzocht tussen 2022 en 2024 of cliënten voldoende medezeggenschap hebben in kleine en middelgrote woonvoorzieningen met 10 tot 50 zorgverleners. Daarvoor vulden 29 aanbieders een vragenlijst in. Daaruit blijkt dat 10 van hen voldoen aan de wetsvereisten. “Zij hebben medezeggenschap georganiseerd voor alle cliënten”, stelt de IGJ. Zo hebben zij een officiële cliëntenraad met advies- en instemmingsrecht. “Ook hebben zij inspraak georganiseerd voor de overige cliënten.” 19 zorgaanbieders organiseren geen inspraak voor cliënten en/of hun vertegenwoordigers, hebben geen officiële cliëntenraad of een cliëntenraad die de andere cliënten niet betrekt.
De IGJ bezocht ook 8 zorgaanbieders. De inspectie constateert dat gehandicaptenzorgorganisaties hun best doen om cliënten en hun naasten te betrekken bij beslissingen. “Vaak gebeurt dit zonder dat ze weten wat de wettelijke regels zijn. Zorgaanbieders informeren cliënten en hun naasten daardoor niet of niet goed genoeg over hun rechten.”
Tevredenheid
Tegelijkertijd blijkt uit de gevoerde gesprekken dat cliënten en hun naasten vaak tevreden zijn over de medezeggenschap. Een goede relatie met de manager of bestuurder blijkt hierbij vooral belangrijk. “Sommige cliënten en hun naasten zeggen dat de bestuurder al naar hen luistert. Daarom vinden ze het niet erg dat er dan geen officiële medezeggenschap is.”
De IGJ constateert verder dat niet alle bestuurders de Wmcz2018 kennen. “Zij weten bijvoorbeeld niet dat cliënten advies- en instemmingsrecht hebben. Of ze hebben geen cliëntenraad omdat dat te moeilijk zou zijn voor hun cliënten.” Soms noemen bestuurders een groepje cliënten of hun naasten dat meepraat over de zorg een cliëntenraad. “Maar het is geen echte cliëntenraad, want er is geen medezeggenschapsregeling of advies- en instemmingsrecht.”
Afspraken vastleggen
De IGJ roept bestuurders op om met de cliënten en hun naasten hun rechten te bespreken. “Ze moeten ook samen afspraken maken en vastleggen hoe zij de medezeggenschap willen organiseren.” In de tweede helft van 2024 kijkt de inspectie naar cliëntmedezeggenschap in de ggz.