Creatieve ideeën worden in organisaties vaak in de kiem gesmoord, ook in de zorg. Hoe komt dat? Datastrateeg Joey Gonesh geeft antwoord. “Veel mensen beschouwen innovaties als een rationeel proces. Maar dat geeft alleen maar bureaucratie.”
Het is een verschijnsel dat iedereen bekend zal voorkomen: je hebt een idee, je voelt dat de organisatie er iets mee zou kunnen, en je brengt het ter sprake in een overleg. Vervolgens komen de tegenkrachten in actie. “Dit hebben we al vaker geprobeerd,” aldus een collega die al jaren op de afdeling werkt. “Ik zie niet meteen hoe de organisatie hier verder mee komt,” vindt je leidinggevende. En een behulpzame beleidsmedewerker zegt: “Leuk plan, zal ik eens advocaat van de duivel spelen?” En weg is je plan. In elk geval je motivatie.
“Ik zie dit vaak gebeuren als er een voorstel voor innovatie wordt gedaan, ook in de zorg. En ik beschouw dat als het ondermijnen van wat ik het creatieve zelfvertrouwen noem.” Dat zegt Joey Gonesh, oprichter van innovatiebureau Friday out of the Box. Hij is datastrateeg, coauteur van het boek ‘Innovatie de baas’ en spreker bij de Skipr masterclass Wendbaar projectmanagement in complexe omgevingen.
Scheppen van voorwaarden
Aan de basis van deze onwenselijke situatie ligt een verkeerde visie op hoe innovatie precies werkt. “Veel mensen beschouwen innovatie als iets procesmatigs. Er worden programma”s op losgelaten met stuurgroepen en adviescommissies. En dat levert meestal geen creatieve producten, diensten of business modellen op maar bureaucratie.
Innovatie is volgens Gonesh geen planmatig, rationeel proces. “Het gaat meer om het scheppen van voorwaarden. Het belangrijkste is dat je de ruimte krijgt om een idee uit te werken, het vertrouwen dat het zinvol is om dat te doen. Wordt het niets, dan stop je er weer mee. Wordt het wel iets, dan kun je daar als organisatie van profiteren. Een deuk in je zelfvertrouwen, daar heeft dan niemand iets aan.”
Bert en Ernie
In zijn boek ‘Innovatie de baas’ vergelijkt Gonesh het ondermijnen van het creatieve zelfvertrouwen met de interactie tussen de Sesamstraat-figuren Bert en Ernie. “Bert is de eeuwige criticaster, die steeds zegt: jij kunt dit niet, dit idee is niet goed genoeg, het is al eens geprobeerd. Ernie wil juist alles aangaan, er een feestje van maken. Ernie wil spelen, hij zegt: het komt wel goed. Aan de weerstand van Bert ligt angst ten grondslag. Maar angst is zelden reëel, in onze samenleving tenminste.”
Geen gedoe met bonnetjes
Het creatieve proces toch op gang brengen kan op verschillende manieren. “Je kunt als individu bijvoorbeeld kiezen voor een silent workout. Je gaat een uur zitten en je schrijft alles op over je idee dat in je hoofd opkomt. Je zult zien hoever je dan komt in korte tijd. Daarna sta je steviger in je schoen wat betreft je idee en kun je verder.”
Je kunt het ook vanuit de organisatie anders aansturen. “Geef mensen met kansrijke ideeën de ruimte, ook qua budget. Vorm een klein team dat echt aan de slag kan, dat tijd krijgt en de kans om – ik noem maar wat – een paar dagen naar Barcelona te gaan als ze denken dat dat helpt. En geen gedoe met toestemming vragen en bonnetje indienen. Gewoon aan de slag. Eventueel begeleid door iemand die weet hoe een creatief proces werkt. De kosten van dat alles zijn op het geheel van de begroting tamelijk laag, en de opbrengsten kunnen enorm zijn.”
Relatie met data?
Wat dit alles met data te maken heeft, het thema van de masterclass? Gonesh grijnst. “Dat leg ik uit als het zover is. Maar ook daarbij geldt: succes is meestal niet het gevolg van een strakke procesmatige aanpak. De kans op succes is veel groter als je bereid bent het anders aan te pakken.”
18 en 19 april: Masterclass Wendbaar projectmanagement in complexe omgevingen
Projectmanagement in complexe omgevingen is een vak apart. Hoe u dat toepast, ontdekt u tijdens de masterclass Wendbaar projectmanagement in complexe omgevingen op 18 en 19 april. Joey Gonesh is een van de sprekers tijdens de masterclass.