Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) gaat de komende tijd de werking van en de vergoeding voor zo’n 40 dure medicijnen opnieuw beoordelen. Dat zegt Bert Boer, lid van de raad van bestuur van het CVZ, zaterdag in een interview in de Volkskrant.
De huidige vergoeding voor dure medicijnen komt voort uit een meerjarige proef. In 2007 besloot het CVZ om medicijnen waarvan de effectiviteit nog niet onomstotelijk wetenschappelijk was bewezen, toch tijdelijk te vergoeden. Onderdeel van de afspraak was dat het CVZ na vier jaar, als meer onderzoek bekend was, opnieuw zou beoordelen of de middelen blijvend zouden worden vergoed. Dat moment is nu aangebroken.
Proef
Bij de heroverweging gaat het om zo’n veertig geneesmiddelen die per medicijn meer dan 2,5 miljoen euro per jaar kosten. Ook het recente conceptadvies over de vergoeding van medicijnen tegen de ziekte van Pompe en Fabry vloeit voort uit de bredere heroverweging die het CVZ nu maakt. Dit leidde tot een fel maatschappelijk debat. “Het is goed mogelijk dat er nieuwe discussie zal ontstaan”, zegt Boer in de Volkskrant. “Het was niet voor niets een proef: we hadden bij aanvang het vermoeden dat de stoffen werkzaam zouden zijn, maar de effectiviteit was onvoldoende wetenschappelijk bewezen. Overigens spelen de kosten geen doorslaggevende rol.”
Kosten
Patiëntenfederatie NPCF is kritisch over het voornemen van het CVZ. Volgens de NPCF laat het CVZ zich teveel leiden door kostenoverwegingen. De NPCF keert zich met name tegen de financiële bovengrens van 80 duizend euro per gewonnen levensjaar, omdat de kosten van dure medicijnen hier zelden onder blijven. “Het richtsnoer van 80 duizend euro is niet geschikt voor pakketbeslissingen op het gebied van weesgeneesmiddelen en er wordt teveel nadruk gelegd op het kostenaspect in vergelijking met andere pakketcriteria”, aldus de NPCF. “Het huidige debat over het criterium voor kosteneffectiviteit moet in veel breder perspectief gevoerd worden.”
No cure, no pay
CVZ overweegt in ieder geval om het no cure, no pay-principe breder te gaan toepassen voor dure geneesmiddelen. Onlangs maakte het CVZ een dergelijke afspraak met fabrikant Novartis voor het middel Xolair, dat wordt gebruikt bij ernstige astma. Wanneer blijkt dat een patiënt geen baat heeft bij het medicijn betaalt niet langer de verzekeraar, maar de fabrikant. “Het vergoeden op basis van no cure, no pay kan een prima oplossing zijn voor extreem dure medicijnen waarvan het nut niet voor een grote groep is bewezen, maar waar sommige patiënten mogelijk wel baat bij hebben”, aldus Boer in de Volkskrant.