De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft de uitwerking van het zogeheten zorgprestatiemodel onlangs aangeboden aan de ministeries voor VWS en Rechtsbescherming. De NZa adviseert invoering per 2022. Het definitieve besluit wordt begin september 2020 verwacht.
Beter dan dbc-bekostiging
De Nederlandse ggz, de brancheorganisatie van werkgevers, vindt het zorgprestatiemodel beter geschikt als bekostigingsmodel voor de geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg dan de huidige dbc-bekostiging. Daarom ondersteunt de Nederlandse ggz invoering van het nieuwe bekostigingsmodel ggz.
Zorgclustermodel deugt niet
Wel stelt de Nederlandse ggz randvoorwaarden. Het door de NZa uitgewerkte zorgclustermodel als vorm van zorgvraagtypering – waarin de zorgprofessional de aard en ernst van de zorgvraag van de patiënt classificeert – ondersteunt de Nederlandse ggz niet. ‘Het is onvoldoende herkenbaar voor professionals en brengt de cliënten met een zwaardere zorgvraag niet goed in beeld. Bovendien leidt het onnodig tot extra administratieve lasten voor professionals en legt geen relatie met kwaliteitsstandaarden en gepast gebruik’, schrijft de Nederlandse ggz op haar website. Er wordt daarom met andere partijen gewerkt aan een aangepaste zorgvraagtypering.
Financiële risico’s
Daarnaast vindt de Nederlandse ggz dat de financiële risico’s voor ggz-instellingen bij de invoering van de nieuwe bekostiging beperkt moeten worden. Ook de technische specificaties voor ICT/EPD moeten op tijd klaar zijn.
Voorbereiding invoering
Intussen werken de partijen verder aan de voorbereidingen om het zorgprestatiemodel in te voeren. Bijvoorbeeld door het implementatieplan voor zorgaanbieders af te ronden en de aanpassingen in ICT voor te bereiden. Voor zorgaanbieders komen vanaf eind september checklists beschikbaar op Zorgprestatiemodel.nl. Daarmee kunnen aanbieders zich tijdig voorbereiden op de nieuwe bekostiging.
Arne van Oranje
Zien of ze in dit model eindelijk afstappen van het verplicht moeten plaatsen van de primaire diagnose in de declaratie, dat is informatie die niet thuishoort bij de schadeverzekeraars in de zorg. Het is al discutabel dat een private partij, de verzekeraars, die niet betrokken zijn bij de behandeling weten dat een verzekerde van hun behandelt wordt in de ggz, dit is zeer gevoelige privacy informatie.
>
Dit nieuwe model noemen ze ook wel terug naar uurtje factuurtje. Kijken hoe ze de ggz met dit model nog verder financieel kunnen uitknijpen en nog meer in het keurslijf van de zorgverzekeraars drukken.
Dit model lijkt op papier wel eerlijker en beter voor het leveren van zorg waar het DBC systeem de behandelaar een prikklok voorhoud. Ook verwacht men dat de contractueel vastgelegde budgetten beter te beheren zijn, hoe de zorgverzekeraars dit gaan uitvoeren zullen we wel merken.