Je zal het maar zijn, die leider in de zorg die al die technologie op zich af ziet komen en daar ‘iets’ mee moet. Je wil best innoveren en meegaan met de tijd, maar er zijn genoeg hindernissen. Is je organisatie bijvoorbeeld wel digivaardig genoeg om dat ‘iets’ concreet te kunnen maken? Hoe ga je dat realiseren? Ben jij dapper genoeg om de beren op je weg te verslaan? In de serie Digitaal Leiderschap komen de voortrekkers in het digitale landschap aan het woord.
Jolande Tijhuis is voorzitter van de raad van bestuur van Vincent van Gogh, aanbieder van geestelijke gezondheidszorg (ggz) in Noord-Limburg. Sinds een aantal jaren zet Vincent van Gogh onder aanvoering van Tijhuis in op e-health en technologie als middel om meer patiënten van de juiste zorg te voorzien en tegelijkertijd de stijgende zorgkosten tegen te gaan.
“Ik ben een beetje een vreemde eend in de bijt in de gezondheidszorg”, vertelt zij. “Voorheen heb ik veel banen gehad in heel andere sectoren, waaronder in de ICT en volkshuisvesting. Ik was wel al actief als toezichthouder in de zorg en sinds 2011 zit ik er als bestuurder in. Ik kijk met een andere blik naar de zorg.”
Tijhuis ziet een tegenstelling tussen het heersende beeld van de ggz en hoe deze feitelijk opereert. “De zorg oogt gesloten en de ggz helemaal”, zo licht ze toe. “Tegelijkertijd begeeft de ggz zich al veel meer in de samenleving en is steeds meer onderdeel van de gemeenschap.”
Dat moet de ggz volgens Tijhuis ook zijn. “Als bestuurder en als organisatie moet je je afvragen: wat heeft de samenleving van ons nodig? De vraag naar geestelijke gezondheidszorg neemt toe. Ons doel is om mensen goed te bedienen en het liefst tijdig en niet pas als ze heel ziek zijn. Eigenlijk zou je dat zelfs voor moeten zijn en voorkomen dat mensen ziek worden. Ik heb veel gezinnen gezien aan de onderkant, waar veel instanties over de vloer kwamen met weinig effect. Dan dacht ik: wat een verspilling en wat triest dat we er als professionals niet in slagen om mensen te helpen.”
De zorgbestuurder ziet dat het met veel patiënten mis gaat, omdat zij niet op tijd de juiste hulp krijgen. “Er rust nog altijd een taboe op geestelijke gezondheidszorg. Dat moeten we doorbreken.”
Platformstrategie
Bij het tegengaan van verspilling in de zorg en het doorbreken van het taboe op ggz ziet Tijhuis een belangrijke rol weggelegd voor technologie. “Maar in de eerste plaats hebben we de patiënt als partner nodig. Die moet uiteindelijk goed voor de eigen geestelijke gezondheid leren zorgen. Daar heb je formele en informele zorg bij nodig. Technologie dient vooral als enabler, als instrument om te voorkomen dat mens ziek worden of nog ernstiger ziek worden.”
Patiënten van Vincent van Gogh maken vanaf het moment van aanmelding gebruik van online applicaties, zowel voor het contact met behandelaren als voor oefeningen die onderdeel zijn van de behandeling en voor psycho-educatie, het leren herkennen van signalen van de eigen geestelijke gesteldheid.
Tijhuis pleit voor een nog bredere inzet van technologie. Ze ziet het als een platformstrategie voor de ggz. De platformstrategie is vooral bekend van het online shoppen. In plaats van één webwinkel vind je op een platform producten van verschillende aanbieders. “Het gaat voorbij e-health. Het gaat om mensen verbinden, patiënten verbinden aan de juiste zorgverlener, aan de zorg die bij hen past. Het gaat er uiteindelijk om de patiënt te helpen om een goed leven te hebben.”
“Voor jonge mensen is het al heel normaal om dingen online te regelen”, vervolgt ze. “Ze vinden het juist raar als het niet kan. Ook voor de zorgprofessionals van de toekomst is het nog maar de vraag of zij wel bij een groot zorginstituut willen werken. Je ziet nu al dat steeds meer psychiaters en psychologen zelfstandig aan de slag gaan.”
Tijhuis stelt een systeem voor waarbij Vincent van Gogh fungeert als platform waarop ook deze zelfstandige zorgaanbieders te vinden zijn. “Als wij nou eens zorgen dat de patiënt een behandelaar kan vinden die bij hem past, de match maken tussen zorg en patiënt? Wij zorgen voor de basis, dat de kwaliteit van zorg bewaakt is, dat mensen de juiste opleiding hebben of krijgen, maar ook dat er een contract is met de zorgverzekeraar. Nu is er steeds meer ongecontracteerde zorg. Dat vinden de zorgverzekeraars niet fijn.”
Disruptie
Voor een zorgaanbieder als Vincent van Gogh, maar eigenlijk voor de hele sector kan de inzet van technologie een behoorlijk disruptieve werking hebben. Waar heb je straks al je gebouwen en personeel nog voor nodig? Het is precies de afbouw hiervan waar Vincent van Gogh bewust op stuurt.
“We zetten in op dertig tot veertig procent minder omzet binnen de zorgverzekeringswet”, vertelt Tijhuis. “Dat bereiken we door meer en betere inzet van technologie, maar ook door eerder ingrijpen, waardoor de zorg in een minder duur segment plaatsvindt. In het eerste en tweede jaar nadat we hiermee begonnen hebben we al grote stappen gezet.”
“Liefst willen we dat de patiënt bij huisarts blijft”, vervolgt de bestuurder van Vincent van Gogh. “Als de huisartsen dit moeilijk vinden kunnen ze een vraag stellen via 123psychiatrie. Dat is een online vraagbaak die een vermijdbare verwijzing voorkomt wat helpt om verspilling in de zorg tegen te gaan.”
Zora
Het gebruik van e-health, ofwel zorg op afstand, en het partnerschap van de patiënt stuiten op veel weerstand. “Ze gaan in tegen twee grote axioma’s in de geestelijke gezondheidszorg: de patiënt kan geen regie voeren en om te behandelen moet je eerst een behandelrelatie opbouwen, dat is lange tijd leidend geweest”, zegt Tijhuis.
Partnerschap van de patiënt gaat een stap verder dat de patiënt centraal stellen, benadrukt de Vincent van Gogh-bestuurder. “Het is echt een knuppel in het hoenderhok. De patiënt wordt niet geacht regie te kunnen voeren. Sommige patiënten zijn daar inderdaad niet toe in staat, maar dat is maar een heel kleine groep.”
Ook de nadruk van het opbouwen van de behandelrelatie is achterhaald, stelt Tijhuis. “Uit meerdere onderzoeken is gebleken dat dit lang niet in alle gevallen hoeft. De behandeling is net zo effectief als die behandelrelatie niet face-to-face is.”
De argwaan tegen technologie is volgens Tijhuis onterecht. “De kwaliteit van het gesprek wordt juist hoger op het moment dat je elkaar wel ziet. De psychiater hoeft bijvoorbeeld niet elke keer te vragen hoe het slapen ging als de patiënt een app gebruikt die het slaapritme volgt. De data uit apps geven goede informatie en inzicht, zodat je samen de juiste interventie kunt inzetten.”
Een sprekend voorbeeld is het gebruik van zorgrobot Zora op twee afdelingen van Vincent van Gogh. “De ene is geplaatst bij oudere psychiatrisch patiënten en de andere op de afdeling met Korsakov-patiënten. In een documentaire die hierover is gemaakt, zie je hoeveel mensen toevertrouwen aan een robot, terwijl ze heus wel weten dat daarachter een mens schuil gaat. Medewerkers hadden juist kritiek op de documentairemaker, omdat hij dit in beeld had gebracht.”
PGO
Voorwaarde voor het toepassen van nieuwe technologie is de juiste infrastructuur. Daarbij ziet Tijhuis een belangrijke rol voor de overheid. “Technologie is nu vaak gericht op de behandelaar. Het elektronisch patiëntdossier (epd) voelt alsof het van de behandelaar is, het voelt voor de patiënt niet als ‘van mij’. De Persoonlijke Gezondheidsomgeving (PGO) kan helpen om de eigen gezondheidsgegevens voor de patiënt inzichtelijk en vertrouwd te maken, terwijl het toch vertrouwelijk is. Om ervoor te zorgen dat alles in de PGO kan staan, moet de overheid doorzetten met de standaardisering van het delen van informatie”.
—
Eerder in deze serie: Digitaal Leiderschap: ‘Zet technologie in voor toegankelijke samenleving’
Vanuit de landelijke coalitie Digivaardig in de Zorg, ondersteund door het ministerie van VWS en ECP| platform voor de informatie samenleving, gaat de werkgroep “leiderschap” dappere digitale leiders opzoeken en samenbrengen om hun successen, maar zeker ook hun leermomenten, te delen met anderen in dezelfde situatie.
Naast inspiratie via interviews op Skipr en podcasts is de werkgroep van plan masterclasses en/of meetups te organiseren, een leercirkel op te zetten en een lijst hefbomen te publiceren die helpen digitale innovatie te realiseren.