Eén en ander komt naar voren uit onderzoek van onderzoeksbureau Significant Public in opdracht van VWS. Voor het onderzoek nam Significant Public drie experimenten rond domeinoverschrijdend samenwerken in respectievelijk Dongen, Ede en Hoogeveen onder de loep. Gezien de beperkte reikwijdte van het onderzoek merkt Significant Public de cijfermatige uitkomsten als ‘indicatief’ aan.
Businesscase
“We hebben de effecten in kaart gebracht aan de hand van de uitwerking van 40 mini-businesscases”, schrijven de onderzoekers. “Onze conclusie op basis van de mini-businesscases is dat domeinoverstijgend samenwerken leidt tot hogere kosten in de Wmo (gemiddeld € 5.000 per cliënt) en de Zvw (gemiddeld € 6.400 per cliënt), maar kosten bespaart in de Wlz.Een indicatieve schatting, op basis van de informatie uit de onderzochte mini-businesscases, is een verschil van € 38.400.”
Kwaliteit van leven
De doelmatigheidswinst zit vooral in het uitstellen dan wel helemaal voorkomen van dure intramurale zorg, in combinatie met de inzet van minder kostbare vormen van zorg en ondersteuning, waaronder ook informele. Hoewel de cijfers indrukwekkend ogen, noemen de onderzoekers de financiële uitkomsten ‘een positieve bijkomstigheid’. Belangrijker nog achten ze het feit dat domeinoverstijgend samenwerken aantoonbaar bijdraagt bij aan de kwaliteit van leven van cliënten en hun naasten. Ook heeft domeinoverstijgend samenwerken een positief effect op de tevredenheid van de betrokken professionals. Zij krijgen een beter beeld krijgen van de cliënt, waardoor ze beter kunnen inspelen op wensen en behoeften.
Complexere problemen
Het zorgstelsel in Nederland rond drie formele pijlers in de vorm van Zvw, Wlz en Wmo. Elk van deze domeinen kent een andere financiering. Ook zijn er voor elk van de domeinen andere partijen verantwoordelijk; zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten. Dit alles vertaalt zich ook weer in de organisatie en uitvoering bij zorgorganisaties. Het probleem is dat een groeiend aantal, vaak oudere, burgers niet binnen deze formele afbakening passen. “Bij de groep kwetsbare ouderen met gecombineerde klachten van lichamelijke en cognitieve aard zien we een soms langdurig ziekteverloop met een steeds complexer wordende zorgvraag”, constateren de onderzoekers. “Een zorgvraag die de verschillende financieringsdomeinen (Wmo, Zvw en Wlz) overstijgt. […] Complexer problematiek van dementerende ouderen houdt zich niet aan de grenzen van de zorgstelsels.”
Transformatie
Omdat domeinoverstijgend samenwerken aan het fundament van het zorgstelsel staat, vergt het meer dan het aanpassen van enkele werkprocessen. Wat nodig is voor een succesvolle toepassing is “een transformatie (in de manier van kijken, denken en doen) van betrokken partijen”.
Doorzettingsmacht
Een succesfactor op praktijkniveau is de inzet van een regisseur met doorzettingsmacht. Deze rol kan door verschillende professionals vervuld worden, maar of het nu een wijkverpleegkundige of casemanager dementie is, waar heet om gaat is dat ze zorg- en welzijnsondersteuning samenhangend kunnen organiseren over de grenzen van de financieringsdomeinen heen. “In de experimenten kunnen de rol en doorzettingsmacht van de leefcoach, arrangeur of maatwerker het verschil maken”, aldus de onderzoekers. Om de spilfunctie waar te kunnen maken is specifieke scholing over domeinoverstijgende samenwerking cruciaal.
Verantwoording
Minister De Jonge van VWS staat positief tegenover experimenten met domeinoverstijgend samenwerken, maar is tezelfdertijd huiverig voor onbedoelde financiële effecten, zoals het weglekken van zorggeld naar het sociaal domein. Om die reden wil hij dat de experimenten met domeinoverstijgend samenwerken binnen de beschikbaar gestelde (financiële) kaders voor de Wlz-zorg blijven. Ook moeten de zorgkantoren over de besteding van de middelen verantwoording aan de NZa moeten afleggen.
Corina Brekelmans
Begrijp ik de reactie van de Minister goed? Prima als gemeentes meer investeren en de opbrengsten naar de LZ gaan? Maar de euro’s blijven in de kokers en de gemeenten moeten dieper in de lege buidels grijpen. Dus de zorgmedewerkers moeten domeinoverstijgend werken, maar de bewindslieden niet?
Mauk van Heemstra InVerbindingZijn
Hoofdzaak is dat heerlijk en eindelijk domein-overstijgende gekeken wordt, zodat de financiële voordelen op macroniveau worden gezien:
Preventie kost geld en inspanning, maar levert ruimschoots winst aan te late en suboptimale zorg binnen de subdomeinen.
Nu ditzelfde nu gaan doen op de hele zorg- en welzijnssector en je bespaart op termijn 30% structureel.
Dan nog de helft van de vermijdbare regels en bureaucratie eruit en je komt op 50% besparing.
Die laatste 20% kan binnen een jaar. Samen komt daarmee ons zorgbudget op de helft van de huidige 100 mrd.
Dan kunnen wij weer even voort!
En ja Corina, dan moet dus inderdaad met beurzen worden geschoven van degene die winst boekt, naar degene die zich daarvoor moet inzetten, dus kosten moet maken.
Frank Conijn
Ook ik begrijp niets van de opstelling van minister De Jonge. Eén jaar verblijf in een woon-zorginstelling kost gemiddeld 80.000 euro. Tel uit je winst als je dat met uitgaven op het sociale vlak kunt voorkomen.
Ger Schuivens
Waarom zetten we niet, als een pilot-project, een afgebakende zorg regio op die de totale geldstroom beheert afkomstig van de drie financieringsbronnen en laten hen gedurende 2-3 jaar de totale zorgbehoefte invulling verzorgen, gedekt door het ministerie. Ik heb laatst een soortgelijk experiment gezien m.b.t. integrale zorgverlening tussen huisartsen, wijkklinieken, specialisten en ziekenhuizen in Denemarken. Daar is men bijzonder enthousiast. Het vergt enkel moed, visie een een aantal samenwerkende “Omdenkers” om dit in gang te zetten. We weten dat, binnen 10 jaar, de wal het schip gaat keren met de huidige zorg-bekostigings-modellen. Iedereen wil koste wat het kost vasthouden aan de bestaande financiering (vanwege budgetbeperkingen of angst voor de onzekere gevolgen van verandering). Dan wordt de uiteindelijke zorgkwaliteit – in al zijn facetten- een variabele uitkomst i.p.v. een gericht doel. Het moet anders, want onze maatschappij is niet in staat om de huidige bekostiging door te blijven voeren. Dan komen heel veel mensen knel te zitten en hebben we over 12 jaar een nieuwe parlementaire onderzoekscommissie!