TSN Thuiszorg wordt onderdeel van het in Midden-en Noord-Holland opererende Espria. Tot op heden behoorde de thuiszorgorganisatie nog tot de ADG dienstengroep. De overname moet in het algemeen bijdragen aan kwalitatief betere zorg, en meer specifiek aan het oplossen van de arbeidsmarktkrapte, aldus RvB-voorzitter Espria John Kauffeld.
De toetreding moet leiden tot een meer intensieve samenwerking tussen beide organisaties. Met name de nachtzorg, acute zorg en specialistisch verpleegkundige zorg zouden baat hebben bij de overname, zo laat Espria weten. TSN blijft als zelfstandige organisatie bestaan.
Ook wat betreft arbeidsmarktplaatsen zou de overname geen gevolgen hebben: TSN-medewerkers blijven in dienst bij hun huidige werkgever, en ook directeur Paul Lafranca behoudt zijn functie. Wel zullen TSN-afgevaardigden deelnemen in de centrale ondernemingsraad en centrale cliëntenraad van Espria.
Personeelskorten en ziekteverzuim
Met de aansluiting van TSN wordt Espria als overkoepelende organisatie nog groter. Onlangs werd uit het jaarverslag van 2018 duidelijk dat Espria op financieel gebied geen bijster goed jaar heeft gedraaid. Personeelstekorten en een hoog (ziekte)verzuim lagen hieraan ten grondslag.
Eerder faillissement
De magere cijfers roepen daarom vragen op over de overname. De rechtbank Overijssel verklaarde het huishoudelijke deel van TSN Thuiszorg formeel failliet in 2016. Het bedrijf kreeg toen uitstel van betaling, maar kon daar niet aan voldoen als gevolg van bezuinigingen. Een groot deel van de klanten en medewerkers werd toen ondergebracht bij andere thuisorganisaties.
Geen moeilijkheden verwacht
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en daarna de Autoriteit Consument en Markt (ACM) buigen zich over het voorgenomen besluit. Kauffeld verwacht geen problemen: “Samen met onze juristen zijn we alles grondig nagegaan, en hebben we goed gekeken of het op moeilijkheden zou kunnen stuiten.” Maar die voorziet de RvB-voorzitter niet. “Stakeholders staan welwillend tegenover dit besluit, juist vanwege de voordelen die het oplevert, zoals het kunnen waarborgen van de complexe zorg binnen krimpgebieden, en de mogelijkheid tot gezamenlijke inzet van personeel.”