De wijze waarop de zorg gefinancierd wordt, blokkeert vernieuwingen in de zorg. Vooral het verplaatsen van een deel van de zorg naar de patiënt thuis komt moeizaam van de grond. Om hier verandering in te brengen moet de bekostiging van ziekenhuiszorg niet primair gericht zijn op instellingen, maar op de zorgvraag van de patiënt.
Dit stelt KPMG naar aanleiding van haar jaarlijkse onderzoek ‘Wie doet het met wie’, naar allianties in de Nederlandse ziekenhuiswereld.
Uit het onderzoek blijkt dat het aantal ziekenhuizen in 2015 verder is afgenomen, van 97 begin 2014 tot 88 eind 2015. Begin 2009 telde Nederland nog 116 zelfstandige ziekenhuizen. Ondanks de daling van het aantal zelfstandige ziekenhuizen, blijft het aantal locaties stabiel. Volgens KPMG kwamen er vergeleken met de vorige onderzoekperiode dit keer “duidelijk minder nieuwe ziekenhuisfusies” bij. “Fusie als dé strategische oplossing lijkt dus haar scherpte te verliezen.”
Samenwerken
Ziekenhuizen gaan wel steeds meer samenwerken, met bijvoorbeeld farmaciebedrijven, life-science-bedrijven, bedrijven op het gebied van kennismanagement en it-leveranciers. Anna van Poucke, sectorleider KPMG Health, wijst op het belang van innovatie en samenwerking voor de chronische zorg. “Dit soort zorg vindt steeds vaker bij de patiënt thuis plaats. Op dit moment zien we hiervan al voorbeelden. Zo worden patiënten met COPD in een samenwerkingsverband met het Slingeland Ziekenhuis, Sensire en FocusCura op dagelijkse basis thuis gemonitord.”
Door de inzet van nieuwe technologie, waardoor de patiënt thuis gemonitord en behandeld kan worden, ontstaat meer toezicht op de situatie van de patiënt. In haar blog haalt Van Poucke het voorbeeld aan van een bedrijf dat samen met ziekenhuizen hartfalen digitaal en dagelijks monitort bij hartpatiënten. “Daardoor zijn er minder complicaties, neemt de terugval met meer dan 50 procent af, daalt het aantal ligdagen met 60 procent en is er een kostenreductie van 30 procent.”
“Prachtige cijfers”, aldus Van Poucke, maar de productie van het ziekenhuis is daardoor flink gedaald, en daardoor ook de inkomsten. Wil het betreffende ziekenhuis financieel gezond blijven, dan kan het niet meer meedoen. “Begrijpelijk maar wel erg, want het werkt aantoonbaar goed voor de patiënten. Ik pleit er dan ook voor om de financiering te baseren op een systeem dat beloont om mensen beter te houden.” Omdat het thuis monitoren van patiënten de kwaliteit van de zorg vergroot en de kosten verlaagt, is het volgens haar van groot belang dat zorgverzekeraars en overheid hiervoor op korte termijn oplossingen vinden. Nu hebben de ziekenhuizen “geen enkele prikkel” om aan innovatieve ontwikkelingen mee te werken.
Van koers veranderen
Volgens KPMG moeten ziekenhuizen in Nederland van koers veranderen. Dalende omzetten en hoge investeringskosten zorgen voor blijvende financiële druk, patiënten worden steeds kritischer, mondiger en veeleisender. De dominante positie van het ziekenhuis is niet langer vanzelfsprekend, en overleven kan alleen bij het inslaan van nieuwe paden. KMPG stelt dat ziekenhuizen nieuwe soorten allianties moeten aangaan met partijen buiten de klassieke zorgketen en de samenwerkingen binnen de keten aanscherpen.
Nieuwe allianties stuiten op obstakels in de inrichting van het zorgstelsel, stelt KPMG. De regels voor mededinging moeten dan ook worden aangepast. “De traditionele beleids- en toezichtsfocus op individuele instellingen in plaats van op samenwerkingsverbanden is achterhaald. Maar wie neemt de regie van een systeemvernieuwing? Zorgverzekeraars lijken dit niet aan te durven, en ook de politiek loopt zich nog niet warm. Maar iemand zal het moeten doen, misschien naar Scandinavisch voorbeeld.”