In zorgorganisaties waar veel aandacht is voor gezond en veilig werken, zijn medewerkers daadwerkelijk lichamelijk en geestelijk gezonder. Er is een lager ziekteverzuim en medewerkers gebruiken zelf minder zorg. Ook wordt er veiliger gewerkt.
Dat concludeert bestuurskundige Babette Bronkhorst in haar proefschrift over de rol die het organisatieklimaat speelt in de gezondheid en veiligheid van zorgmedewerkers.
Het aandeel medewerkers dat naar de fysiotherapeut gaat of psychische zorg gebruikt verschilt aanzienlijk binnen vergelijkbare zorgorganisaties in dezelfde branche, constateert Bronkhorst. Medewerkers binnen zorgorganisaties met een hogere score op een gezond en veilig organisatieklimaat blijken minder klachten aan het bewegingsapparaat te ervaren en minder emotioneel uitgeput te zijn. Ook ligt het aandeel medewerkers dat verzuimt, zorg gebruikt en naar het werk komt terwijl men eigenlijk ziek is, lager.
Bronkhorst toetste binnen vijf zorgorganisaties een programma waarmee de beleving van gezond en veilig werken in de zorg kan worden verbeterd. Zorgmedewerkers die deelnamen werden niet alleen positiever over het organisatieklimaat, maar gedroegen zich ook gezonder en veiliger in vergelijking met een controlegroep. Het programma wordt inmiddels door dertig zorgorganisaties uitgevoerd onder de naam ‘Aanpak Organisatieklimaat’ of ‘Veiligplus Aanpak’.
Gezondheidsrisico’s
Investeren in een gezond en veilig organisatieklimaat zal in de nabije toekomst steeds belangrijker worden om ook op de lange termijn in ons land de zorg te kunnen leveren die nodig is, denkt Bronkhorst. Werken in de zorg brengt specifieke gezondheidsrisico’s met zich mee. De lichamelijke en geestelijke belasting van het werk is enorm en de komende jaren zijn er nog eens duizenden mensen extra nodig om in de groeiende vraag naar zorg te kunnen voorzien.
Bronkhorst verdedigt haar proefschrift op donderdag 26 april aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR). Haar promotieonderzoek is een samenwerking tussen de Erasmus School of Social and Behavioural Sciences van de EUR en Stichting IZZ.